Levensfasebewust personeelsbeleid Voorbeeldclausules

Levensfasebewust personeelsbeleid. In de cao is een regeling opgenomen om minder te gaan werken 10 jaar voor AOW-leeftijd. Voor de medewerker in een tabaks- of gemakswinkel geldt dat er gebruik gemaakt kan worden van deze regeling als de medewerker op of vanaf 1 juli 2023 tien jaar voor de AOW-leeftijd zit. Eventuele ouderendagen komen in dat geval te vervallen, zie artikel 15 van cao Retail Non-Food.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Gekeken wordt naar de organisatie en inrichting van het werk in het kader van levensfasebewust beleid. De commissie wordt gevraagd te adviseren over mogelijkheden voor loopbaanontwikkeling (waaronder ook wordt verstaan, opleiden, EVC-trajecten en loopbaancheck) gedurende de hele carrière. Als onderdeel van het levensfasebewust personeelsbeleid en verwijzend naar de gelijke behandeling van werknemers onderzoekt de commissie de noodzaak en wenselijkheid van het aanpassen van de ouderendagen. Ook andere onderwerpen zoals promotie en demotie kunnen onderdeel uitmaken van dit advies.
Levensfasebewust personeelsbeleid. De ANWB gaat in overleg met vakorganisaties deze cao-periode onderzoek doen om te kijken hoe de gelden die momenteel aan leeftijdsverlof en werktijdvermindering worden besteed effectiever kunnen worden ingezet. Het resultaat van het onderzoek is input voor het volgende cao-overleg. De kosten van het onderzoek komen ten laste van de ANWB. Een door de ANWB ingestelde interne werkgroep is in februari 2010 van start gegaan om de bestaande instrumenten en regelingen voor levensfasebewust personeelsbeleid binnen de ANWB in kaart te brengen en te komen met eventuele nieuwe instrumenten. Het budget van € 275.000,- zoals vermeld in artikel 8.3, lid 2 van de cao 2007- 2008 wordt overgeheveld van het bestedingsdoel arbeid en zorg naar het bestedingsdoel levensfasebewust personeelsbeleid.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Het doel van Levensfasebewust Personeelsbeleid is ervoor zorgen dat medewer- kers duurzaam inzetbaar zijn en blijven, rekening houdend met de levensfase waarin de medewerkers zich bevinden. Duurzaam inzetbare medewerkers zijn medewerkers die gemotiveerd, competent en gezond blijven doorwerken tot aan de pensioenleeftijd. Dit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van zowel werknemer als werkgever. Voor 2016 is employability als speerpunt benoemd en in een gesprek tussen de medewerker en de leidinggevende zullen verschillende aspecten van employabi- lity besproken worden.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Elke werknemer krijgt jaarlijks de beschikking over een basisbudget van 50 klokuren (bij een fulltime dienstverband). Hiermee kunnen keuzes worden gemaakt die passen binnen de levensfase en die de persoonlijke situatie en de duurzame inzetbaarheid vergroten. Docenten kunnen deze uren gebruiken om hun lestaak te verminderen. Daarnaast kunnen docenten, evenals het Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP), ervoor kiezen om de uren in te zetten. Ook bestaat de mogelijkheid om de uren onder voorwaarden te sparen. Xxxxxxx’x van 57 jaar of ouder krijgen het recht op een aanvullend verlofbudget tegen een eigen bijdrage. Bij startende docenten zijn deze uren onderdeel van het startersverlof zoals genoemd in paragraaf 16. Tot slot bestaat de mogelijkheid om het basisbudget te kapitaliseren. De waarde van het basisbudget kan besteed worden aan de volgende doelen: bijdrage in de kosten van kinderopvang of de verhoging van pensioenaanspraken. Elke medewerker kan er ook voor kiezen om de uren uit te laten betalen.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Er wordt een paritair samengestelde werkgroep gevormd met als opdracht te komen tot een aanbeveling aan partijen over het bij de ANWB te voeren levensfasebewust personeelsbeleid. Deze werkgroep bestaat uit drie leden namens de ANWB en drie leden namens de vakorganisaties. De werkgroep gaat in september 2010 van start en zal haar werkzaamheden afronden voor februari 2011. Het CNV neemt niet deel aan de werkgroep maar wordt wel over de voortgang geïnformeerd. Een door de ANWB ingestelde interne werkgroep is in februari 2010 van start gegaan om de bestaande instrumenten en regelingen voor levensfasebewust personeelsbeleid binnen de ANWB in kaart te brengen en te komen met eventuele nieuwe instrumenten. De aanbevelingen van de werkgroep dienen als input namens de ANWB aan de paritaire werkgroep. Het budget van €275.000,- zoals vermeld in artikel 8.3.2 van de cao 2007-2008 wordt overgeheveld van het bestedingsdoel arbeid en zorg naar het bestedingsdoel levensfasebewust personeelsbeleid.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Er zal een commissie worden gevormd, bestaande uit de leden van de CAO Commissie, die zich gedurende de looptijd van de CAO zal buigen over het thema levensfasebewust personeelsbeleid. Doel van deze commissie is om de problematiek van oudere werknemers in de wonenbranche te verkennen en eventueel voorstellen te doen om deze situatie te verbeteren. Hierbij zullen onderwerpen als scholing, coaching van jonge collega's, werkbelasting, werkdruk, aangepast werk en de reeds gemaakte afspraken in de artikelen 7-1,7-2 en 7-3 van de CAO worden meegenomen. Beroepen- en salarisstructuur
Levensfasebewust personeelsbeleid. In het kader van een te voeren levensfasebewust personeelsbeleid ligt er een inspanning om in het beleid rekening te houden met de levensfasen van de medewerkers. Als uitgangspunt geldt daarbij dat het aspect leeftijd en levensfasen in relatie tot de organisatie in het kader van functioneringsgesprekken aan de orde moet komen, waarbij vooral de behoeften van de medewerker in kaart worden gebracht en vervolgens bespreekbaar worden gemaakt binnen de organisatie (zie protocol Levensfasebewust personeelsbeleid en flexibiliteit).
Levensfasebewust personeelsbeleid. De medewerkers geboren op of na 1 januari 1950 krijgen een persoonlijk budget uitgedrukt in een percentage van het bruto salaris. Tijdens deze CAO-periode wordt als volgt gestart met de opbouw van het persoonlijk budget: 0,25% in 2008, 0,5% in 2009 en 1,0% in 2010. Dit budget is in deze CAO-periode primair bestemd ten behoeve van ontwikkeling. Om voor oudere medewerkers de overgang naar langer werken soepel te laten verlopen, ontvangen zij een extra budget dat breed kan worden ingezet. De financiering geschiedt mede door beëindiging vanaf 1 januari 2009 van het extra vakantieverlof op basis van leeftijd, genoemd in artikel 7.1.1 en 15.7 van de CAO. ./. In bijlage 1, NFU-080837, is de regeling nader uitgewerkt.
Levensfasebewust personeelsbeleid. Partijen hebben uitvoerig gesproken over het binnen de onderneming van werkgever aanwezig levensfasebewust personeelsbeleid en de daarmee samenhangende instrumenten. Partijen zullen tijdens de periodieke overleggen de toepassing van dit beleid en voortgang blijven bespreken. Als verbetering binnen dit beleid is vastgesteld, dat de kwaliteit van het medewerkersgesprek (inclusief seniorengesprekken) moet worden verhoogd. Partijen hebben daarom het navolgende afgesproken: