Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA Voorbeeldclausules

Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA. 5.2.1 Tijdens arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA heeft de arbeidsongeschikte werknemer recht op een aanvullend pensioen (het WIA-pluspensioen). Voor de werknemer die onder het SPW Flexpensioenreglement valt, geldt het WIA-pluspensioen tot de eerste dag van de maand waarin de 68-jarige leeftijd wordt bereikt dan wel de eerdere eerste dag van de maand waarin de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. Het WIA-pluspensioen bedraagt (bij een mate van arbeidsongeschiktheid van 80-100 procent) 5 procent van het brutoloon vóór intreding van de ziekte, een en ander volgens de bepalingen van de pensioenreglementen van SPW. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (tussen 35 en 80 procent) wordt deze uitkering evenredig verlaagd op basis van de geldende arbeidsongeschiktheidsklasse.
Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA. 5.2.1 Tijdens arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA heeft de arbeidsongeschikte werknemer recht op een aanvullend pensioen (het WIA-pluspensioen). Voor de werknemer die onder het SPW (Vroeg)pensioenreglement valt, geldt dit tot de eerste dag van de maand waarin de 65-jarige leeftijd wordt bereikt. Voor de werknemer die onder het SPW Flexpensioenreglement valt, geldt het WIA-pluspensioen tot de eerste dag van de maand waarin per 1 januari 2017 de 67–jarige leeftijd en per 1 januari 2018 de 68-jarige leeftijd wordt bereikt dan wel de eerdere eerste dag van de maand waarin de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. Het WIA-pluspensioen bedraagt (bij een mate van arbeidsongeschiktheid van 80-100 procent) 5 procent van het brutoloon vóór intreding van de ziekte, een en ander volgens de bepalingen van de pensioenreglementen van SPW. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (tussen 35 en 80 procent) wordt deze uitkering evenredig verlaagd op basis van de geldende arbeidsongeschiktheidsklasse.
Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA. 5.2.1 Tijdens arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA heeft de arbeidsongeschikte werknemer recht op een aanvullend pensioen (het WIA-pluspensioen). Dit geldt tot hij 65 jaar wordt en bedraagt 5 procent van het brutoloon vóór zijn ziekte, volgens de bepalingen van de pensioenreglementen van SPW. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschikt- heid (tussen 35 en 80 procent) wordt deze uitkering evenredig verlaagd op basis van de geldende arbeidsongeschiktheidsklasse.
Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA. Uw werknemer is arbeidsongeschikt als hij niet meer kan werken. Voor deze verzekering is dat zo als hij voor de WIA 35% of meer arbeidsongeschikt is. Dat bepaalt UWV. Maar de werknemer is ook arbeidsongeschikt als hij niet meer kan werken in de twee jaar van ziekte voor de WIA beoordeling. Dat is de wachttijd van de WIA. Is de werknemer minder dan vier weken hersteld en daarna weer arbeidsongeschikt? Dan tellen de perioden voor en na het herstel samen als één periode van arbeidsongeschiktheid.

Related to Arbeidsongeschiktheid volgens de WIA

  • Arbeidsongeschiktheid 1 Indien de werknemer ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten, gelden de bepalingen van artikel 7: 629 BW, de Ziektewet (ZW), voor zwangerschaps- en bevallingsverlof de Wet arbeid en zorg, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) en de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), voor zover hierna niet anders is bepaald.

  • Uitkering bij arbeidsongeschiktheid 1. Indien een werknemer ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten, en waarbij de eerste ziektedag na 1 januari 2004 ligt, gelden voor hem de bepalingen van artikel 7:629 BW, de Ziektewet, de Wet Arbeid en Zorg en de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen, voor zover hierna niet anders is bepaald.

  • Ziekte en arbeidsongeschiktheid Op de (gewezen) werknemer, als bedoeld in artikel T-1 die wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid geheel of gedeeltelijk verhinderd is arbeid te verrichten is van toepassing het bepaalde in:

  • Arbeidsduur De normale arbeidsduur voor een voltijdwerker is gemiddeld 40 uur per week.

  • Arbeidsduur en werktijden Artikel 7.1