Technische vaardigheden. Dynamische en organisatorische vaardigheden
Technische vaardigheden. 1. Verschillende schoonmaaktechnieken kennen en kunnen gebruiken. ▪ Methodisch schoonmaken, in logische volgorde werken en juiste technieken toepassen; ▪ Zorgen voor een goede hygiëne; ▪ Overal en grondig poetsen; ▪ Zorgen voor voldoende verluchting.
Technische vaardigheden. ⮱ Op de hoogte zijn en kunnen uitvoeren van onderhoudswerken en herstellingswerken aan het rollend materiaal van lokaal bestuur Wuustwezel; ⮱ Op de hoogte zijn van las- en soldeerwerkzaamheden; ⮱ Op de hoogte zijn of open staan voor het aanleren van de recente nieuwe technieken of technologieën. ⮱ Spontaan zoeken naar een zo efficiënt en effectief gebruik van tijd en middelen; ⮱ Noties van het lezen van een plan; ⮱ Kleine bestekken kunnen maken, materiaal berekenen en materialen bestellen; ⮱ Aandacht hebben voor de eigen veiligheid, alsook voor de veiligheid van derden: ▪ voorzichtig en alert zijn voor specifieke producten of gevaarlijke situaties; ▪ preventief handelen, hef- en tiltechnieken toepassen; ▪ voorzichtig omgaan met vuur en aandacht voor brandveiligheid. ⮱ Oog hebben voor orde, netheid en hygiëne op de werkplaats, voor het gebruikte materiaal, producten en machines, voor de werkkleding en het eigen voorkomen; ⮱ Respect tonen voor materiaal en oog hebben voor het duurzaam onderhoud en correct gebruik van materiaal; ⮱ Signaleren van storingen en defecten; ⮱ Autonoom kunnen werken: werkzaamheden zelfstandig kunnen plannen, logisch kunnen organiseren, coördineren en uitvoeren.
Technische vaardigheden kan van de ter beschikking gestelde hulpmiddelen optimaal gebruikmaken in functie van de uitvoering van de opgedragen taken en is in staat bij aanpassing of vervanging van hardware of software zich het gebruik ervan snel en efficiënt eigen te maken. • kan zich constant op een hoog niveau concentreren op zijn/haar werk, is stressbestendig; • heeft zin voor analyse, zorgvuldigheid en kwaliteit; • heeft zin voor synthese, systematiek en samenhang; • heeft zin voor verantwoordelijkheid; • heeft zin voor efficiëntie (o.a. het kunnen stellen van doelen, bepalen van verantwoordelijkheden en van normen en opvolgen van uitvoering); • kan zich onafhankelijk opstellen tegenover externe beïnvloeding en kan zich houden aan de deontologie van de ambtenaar. • geeft spontaan informatie en kennis waarover hij/zij beschikt door aan medewerkers en meerderen; • past zich gemakkelijk aan aan wijzigende werkomstandigheden; • heeft geen moeite met wisselend werktempo en staat open voor nieuwe opdrachten; • kan in teamverband werken; • tracht de cliënt in de mate van het mogelijke tegemoet te komen bij de afhandeling van zijn/haar vraag, maar bewaart een gepaste afstand zodat de afhandeling zakelijk blijft; • tact, discretie en respect voor beroepsgeheim; • bereidheid om zich permanent bij te scholen; • bereidheid te werken buiten de normale bureeluren – flexibiliteit; • is klantvriendelijk; ▪ is polyvalent. • zie RPR Om een goede informatieveiligheid te kunnen hanteren, is de inzet van elke medewerker van groot belang. Deze rechten en plichten van elke medewerker zijn terug te vinden in zowel het arbeidsreglement, de deontologische code als het informatieveiligheidsbeleid.
Technische vaardigheden. Verordeningen/Wetgeving:
Technische vaardigheden. Verordeningen/Wetgeving :
Technische vaardigheden. Lezen, analyseren en ontwerpen van elektrische schema’s • Eenvoudige mechanische handelingen die nodig zijn voor de uitvoering van elektrische apparaten • De nodige berekeningen voor de uit te voeren van controles • Een goede teamspirit • Kan in groep werken als individueel • Oplossingsgericht • Cognitief • Gestructureerd werken • Autonoom en initiatief nemend • Beheren van emoties • Doorzettingsvermogen • Flexibel ⮚ Arbeidsovereenkomst bepaalde duur van 6 maanden voltijds contract met mogelijkheid tot verlenging ⮚ Fix uurrooster (7u30 tot 15u30) ⮚ Vergoeding volgens de barema’s van de publieke sector (C1) ⮚ Xxxxxx volgens anciënniteit (vanaf 26 dagen + 7 dagen extralegale verlof) ⮚ Gratis woon-werkverkeer met het openbaar vervoer
Technische vaardigheden. Kennis van één van de landstalen (FR of NL) op niveau moedertaal, • Kennis van het Engels niveau C1 mondeling en schriftelijk, • Zeer goede mondelinge en schriftelijke communicatievaardigheden, • Beroepskennis van standaard MS Office software (Outlook, Word, Excel, Powerpoint). • Kennis van een tweede landstaal (FR of NL) niveau B2, • Eerdere werkervaring bij en/of samenwerking met OHCHR of andere relevante internationale instellingen is een voordeel • Universitaire opleiding in internationale betrekkingen, publiek recht, politieke wetenschappen of andere relevante richting, • Belgische nationaliteit of nationaliteit van een ander land dat behoort tot de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, • In het bezit zijn van de burgerlijke en politieke rechten en gedrag in overeenstemming met de eisen van de functie (blanco uittreksel uit het strafregister van minder dan 6 maanden te verstrekken bij indiensttreding).