Evaluatie en monitoring Voorbeeldclausules

Evaluatie en monitoring. 1. Partijen zullen de samenwerking tenminste eenmaal per jaar evalueren.
Evaluatie en monitoring. 1. De voortgang en resultaten van de samenwerking worden ieder half jaar door Partijen geëvalueerd aan de hand van een aantal nader te bepalen KPI’s,
Evaluatie en monitoring. Met UWV worden afspraken gemaakt over de monitoring van de effecten van het wetsvoorstel. Voorgesteld wordt jaarlijks bij te houden hoe vaak UWV een aanvraag tot afsluiting van de eerste spoor re-integratie ontvangt en in hoeveel gevallen dit tot een toekenning of afwijzing leidt. Uiterlijk vijf jaar na inwerkingtreding vindt een evaluatie van het wetsvoorstel plaats. Daarbij wordt gekeken naar hoe werkgevers en werknemers deze wijziging ervaren hebben door middel van kwalitatief onderzoek. Daarbij zal worden bekeken of het bij kleine en middelgrote werkgevers mogelijk is inzichtelijk te maken of het makkelijk is meer (duurzame) arbeidsovereenkomsten aan te gaan ter vervanging van een langdurig zieke werknemer en in welke mate zij de maatregel hierbij als behulpzaam ervaren. Onderzoek onder werknemers zal inzichtelijk maken wat de ervaringen zijn van werknemers die te maken krijgen met het afsluiten van het eerste spoor wat betreft re-integratie en herstelkansen. Om te bekijken hoe vaak en op welke manier het eerste spoor is afgesloten kan bijvoorbeeld gebruik gemaakt worden van dossieronderzoek in geval van een eventuele WIA-aanvraag. Tevens wordt bij de evaluatie gekeken naar de werking van de nieuwe ontslaggrond aan de hand van bijvoorbeeld de ontslagaanvragen bij UWV. Bij de evaluatie zal ook de samenhang/samenloop met de andere onderdelen van het arbeidsmarktpakket bezien worden, zoals de veranderingen ten aanzien van de regulering van flexibele contracten en het voorkomen van schijnzelfstandigheid. Waar mogelijk en waar nodig wordt deze samenhang expliciet beschreven en meegenomen met het onderzoek. Indien nodig worden onderdelen in samenhang geëvalueerd.
Evaluatie en monitoring. Afspraak 18. Partijen evalueren gezamenlijk om de 5 jaar – of tussentijds, indien omstandigheden daartoe aanleiding geven – de afspraken genoemd in het Convenant, te beginnen in 2015. De gemeente Rotterdam neemt hiertoe in januari 2015 het initiatief. De evaluatie wordt afgerond binnen 6 maanden na aanvang. In de evaluatie wordt de noodzaak van actualisatie van het Bronnenmodel 2025 beoordeeld en uitgewerkt, indien monitoringsgegevens (afspraak 21), ruimtelijke en/of economische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven. Een actualisatie van het Bronnenmodel 2025 kan alleen doorgevoerd worden na goedkeuring door het in Afspraak 26 genoemde overleg op Directieniveau.
Evaluatie en monitoring. De toepassing en het gebruik van het DI-budget zal halfjaarlijks gemonitord en geëvalueerd worden door partijen op onder meer gebruiksfrequentie, bestedingen, gebruiksvriendelijkheid, aansluiting bij de behoeften van de doelgroep etc. In 2021 vindt er een algemene evaluatie plaats waarbij partijen bekijken hoe het DI-budget in de praktijk is toegepast en gebruikt en in hoeverre dit ook overeenkomt met de afspraken die partijen hebben gemaakt vanuit het gedachtegoed Duurzame Inzetbaarheid.
Evaluatie en monitoring. 1. De uitvoering van de afspraken wordt jaarlijks geëvalueerd.
Evaluatie en monitoring. Jaarlijks wordt voor 1 april gerapporteerd wat de stand van zaken is van de uitvoering van de prestatieafspraken aan het eind van het voorgaande jaar. De eerste voortgangsrapportage is uiterlijk gereed 1 april 2011 en rapporteert over het jaar 2010. Deze rapportage wordt voorgelegd aan het bestuurlijk overleg (betrokken wethouder(s) gemeente Lelystad en directeur-bestuurder Centrada). Vanaf 1 april 2013 start de eindevaluatie van het Lokaal Akkoord en voor 31 december 2013 liggen er nieuwe prestatieafspraken voor de periode 2014 -2017 De accounthouder van Centrada en de accounthouder van de gemeente voeren vier maal per jaar overleg, rond het begin van de maanden maart, juli, oktober en januari. Onderwerp van gesprek is de voortgang van de prestatieafspraken. Ter voorbereiding op deze gesprekken gaan de accounthouders intern te rade bij de betrokken collega’s. Minimaal driemaal per jaar voeren de betrokken wethouder(s) en de directeur-bestuurder van Centrada een bestuurlijk overleg, begin januari, begin april en begin oktober. Besproken worden in ieder geval de beleidsplannen, jaarverslagen, activiteitenplannen, de rapportage over de stand van zaken Lokaal Akkoord en de eventuele herijking van de prestaties. Centrada en gemeente spreken tevens af dat relevante beleidsproducten, onderzoeken, etc. in een vroegtijdig stadium aan elkaar worden voorgelegd.
Evaluatie en monitoring 

Related to Evaluatie en monitoring