ONDERWIJSOVEREENKOMST

Onderwijs dat plaatsvindt in de praktijk van het beroep (dus in een bedrijf of organisatie). De BPV wordt verzorgd op grondslag van een Praktijkovereenkomst, gesloten tussen het ROC, de Student en het bedrijf dat de BPV verzorgt.

Bevoegd gezag

Het College van Bestuur van het ROC.

Bezwaar

Protest tegen een beslissing, gericht aan diegene die de beslissing heeft genomen.

Certificaat

Een bewijsstuk voor het behalen van een deel van een Opleiding uitgereikt door de examencommissie van het ROC.

College van Bestuur

Het college dat belast is met het bestuur van het ROC, tevens het Bevoegd gezag volgens de WEB.

Commissie van Beroep voor de Examens

Een onafhankelijke commissie die het beroep behandelt dat door een Student is ingesteld. De commissie oordeelt over de beslissingen van de examencommissie, van een examinator of met betrekking tot een door de wet geregeld bindend negatief studieadvies.

CREBO

Centraal Register Beroepsopleidingen.

Diploma

Een bewijsstuk voor het behalen van een Opleiding uitgereikt door de examencommissie van het ROC.

DUO

Dienst Uitvoering Onderwijs van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Elektronische leeromgeving

De digitale leeromgeving voor studenten, waaronder ook de website wordt verstaan.

Examen

Het examen toetst of de Student bij het voltooien van de Opleiding voldoet aan de gestelde normen. Het examen kan bestaan uit afzonderlijke onderdelen.

Examencommissie

De commissie die belast is met verschillende taken rond examens.

Examenonderdeel

Examenonderdelen kunnen onder andere bestaan uit kerntaken, werkprocessen, beroepspraktijkvorming, Nederlands, moderne Vreemde Talen, Rekenen en Leren, Loopbaan en Burgerschap.

Examinator

Degene die belast is met het beoordelen van het examen.

Leermiddelen

Onderwijsbenodigdheden die worden voorgeschreven door het ROC en waarover de Student dient te beschikken om de lessen voor te bereiden en/of te volgen en/of afhankelijk zijn van de persoonlijke kenmerken van de Student. Deze benodigdheden dient de Student zelf en voor eigen rekening aan te schaffen en hij draagt hiervoor zelf de verantwoordelijkheid.

Leidinggevende

Manager van het ROC met bepaalde door het College van Bestuur gemandateerde bevoegdheden.

OER

De onderwijs- en examenregeling van het ROC.

Onderwijsovereenkomst

De overeenkomst tussen de Student en het Bevoegd gezag, die ten grondslag ligt aan de inschrijving en waarin rechten en verplichtingen van Partijen zijn vastgelegd. De Onderwijsovereenkomst bestaat uit het opleidingsblad, deze algemene voorwaarden en eventuele bijlagen. De algemene voorwaarden worden gepubliceerd op de website en de elektronische leeromgeving van het ROC.

Opleiding

Een samenhangend geheel van onderwijseenheden gericht op het behalen van een diploma, dat wordt afgesloten met een examen.

Partijen

De Student, en in voorkomende gevallen diens wettelijke vertegenwoordiger, en het Bevoegd gezag, die de Onderwijsovereenkomst hebben ondertekend.

Praktijkovereenkomst

De overeenkomst die Partijen en het bedrijf dat de BPV verzorgt, met elkaar afsluiten.

ROC

De instelling zoals bedoeld in de WEB respectievelijk ‘het ROC’ als bedoeld in de Wet op het Voortgezet Onderwijs.

Student

Een persoon die is ingeschreven bij het ROC en die volgens de WEB (artikel 8.1.1) wordt aangeduid als ‘deelnemer die gebruik wenst te kunnen maken van onderwijsvoorzieningen en examenvoorzieningen en/of (uitsluitend) examenvoorzieningen’. Waar in deze voorwaarden gesproken wordt over ‘hij’ is eveneens ‘zij’ te lezen.

Succes

De Student heeft voldaan aan alle in de OER beschreven exameneisen en daarmee recht heeft op een diploma of certificaat.

WEB

Wet educatie en beroepsonderwijs.

Werkdag

Elke dag niet zijnde een zaterdag, zondag, erkende feestdag of een door het ROC vastgestelde dag die valt in een vastgestelde ROC-vakantie.

ARTIKEL 2: AARD VAN DE OVEREENKOMST

1. In deze Onderwijsovereenkomst staan de algemene rechten en plichten van Partijen. Bepalingen die specifiek gaan over de door Student te volgen Opleiding staan in het opleidingsblad.

2. Het opleidingsblad is een onlosmakelijk onderdeel van deze Onderwijsovereenkomst. Overal waar in deze Onderwijsovereenkomst ‘Opleiding’ staat, wordt de Opleiding, zoals op het opleidingsblad is vermeld, bedoeld.

3. De opleidingsgegevens zoals opgenomen in het opleidingsblad kunnen gedurende de Opleiding met wederzijdse instemming van Partijen worden gewijzigd of aangevuld.

4. De opleidingsgegevens kunnen alleen worden gewijzigd op verzoek en met

instemming van de Student, al dan niet, in of na overleg met, of op advies van een functionaris van het ROC. Het ROC kan de Student hierin altijd actief adviseren. Het opleidingsblad wordt dan gedurende de looptijd vervangen door een nieuw opleidingsblad, dat het ROC op papier of digitaal stuurt naar de Student (of in geval van een minderjarige Student ook naar zijn ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger).

5. Als de Student of in geval van een minderjarige Student zijn ouder(s) of wettelijke vertegenwoordiger, niet akkoord gaat met de inhoud van het nieuwe opleidingsblad, al dan niet omdat de aangepaste opleidingsgegevens niet correct zijn weergegeven, dan moet hij dit binnen tien schooldagen schriftelijk aan het ROC doorgeven. Dit kan door een e-mail te sturen naar de studentenadministratie.

6. De opleidingsgegevens worden in het geval als bedoeld in lid 5 gecorrigeerd, of de Student blijft de Opleiding volgen zoals vermeld op het vorige opleidingsblad. Als de Student niet binnen de gestelde termijn reageert, vervangt het nieuwe opleidingsblad het vorige opleidingsblad en wordt daarmee onlosmakelijk onderdeel van de Onderwijsovereenkomst.

7. De Student en, in het geval van minderjarigheid de ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger, heeft altijd recht op inzage in het eigen dossier.

ARTIKEL 3: INWERKINGTREDING EN WIJZIGING ONDERWIJSOVEREENKOMST

1. Gedurende twee weken na ondertekening van de Onderwijsovereenkomst is de

Student in de gelegenheid de Onderwijsovereenkomst eenzijdig op te zeggen, zonder aansprakelijk gesteld te kunnen worden. De opzegging geschiedt schriftelijk en dient gericht te worden aan de rechtsgeldige vertegenwoordiger van het ROC zoals genoemd op het eerste opleidingsblad van de Onderwijsovereenkomst.

2. Het ROC verplicht zich de Student te wijzen op de inhoud van het vorige lid alvorens de Onderwijsovereenkomst te laten ondertekenen.

3. De eerste Onderwijsovereenkomst dient te worden ondertekend door de Student, en bij minderjarigheid ook door zijn wettelijke vertegenwoordiger. Bij wijzigingen in de opleiding hoeft geen nieuwe Onderwijsovereenkomst te worden afgesloten. Wijzigingen worden verwerkt in een nieuw opleidingsblad dat bij de Onderwijsovereenkomst wordt gevoegd. Het nieuwe opleidingsblad vervangt de vorige versie en hoeft niet te worden ondertekend.

ARTIKEL 4: DUUR EN BEËINDIGING OVEREENKOMST

1. De Onderwijsovereenkomst wordt in principe aangegaan voor de duur van de Opleiding zoals vermeld op het opleidingsblad.

2. Als de Student niet voor de einddatum van de Onderwijsovereenkomst klaar is met zijn opleiding, zijn er twee mogelijkheden:

a. als de Student nog lessen of BPV-onderdelen moet volgen om zijn diploma te kunnen behalen, wordt de Onderwijsovereenkomst verlengd met een aangepast opleidingsblad;

b. als de Student alleen nog toetsen moet maken om zijn diploma te behalen, dan kan de Student worden ingeschreven als examenkandidaat. Voor deze inschrijving ontvangt de Student een aangepast opleidingsblad.

3. De Onderwijsovereenkomst, en daarmee de inschrijving van de Student, eindigt:

a. als de Student de Opleiding met Xxxxxx heeft afgerond;

b. als de Student zich laat uitschrijven;

c. als de Student het ROC kennelijk op eigen initiatief definitief heeft verlaten;

d. als het ROC de Student van de Opleiding verwijdert, zoals bedoeld in artikel 17;

e. als het ROC niet langer in staat is de Opleiding aan te bieden, waarbij het ROC zich inspant ervoor te zorgen dat de Student de Opleiding bij een andere ROC kan afmaken. Voor Studenten die onder de Leerplichtwet 1969 vallen, is bovendien artikel 17.8 van deze Onderwijsovereenkomst van toepassing;

f. bij een bindend negatief studieadvies zoals bedoeld in artikel 9;

g. als er na een bindend negatief studieadvies aan een Student van 18 jaar of jonger geen overeenstemming bestaat over een vervolg binnen het ROC (andere leerweg of andere opleiding). In dat geval kan het ROC de Student na overleg met de leerplichtambtenaar eenzijdig uitschrijven;

h. indien de Student in voorkomend geval, ongeacht de reden, niet aan zijn verplichtingen kan voldoen tot het overleggen van een Verklaring Omtrent Gedrag in het kader van de BPV;

i. bij overlijden van de Student;

j. als de Student de Onderwijsovereenkomst al heeft getekend maar achteraf blijkt niet het vereiste diploma of ontheffing te hebben dat is vereist om te mogen deelnemen aan de in de Onderwijsovereenkomst afgesproken opleiding;

k. als de Student de Onderwijsovereenkomst voor de entreeopleiding al heeft getekend maar achteraf blijkt een diploma van het voortgezet onderwijs te hebben behaald.

ARTIKEL 5: XXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

0. Als een Student, die een Opleiding bij het ROC met succes heeft afgerond en/of om een andere reden het ROC heeft verlaten, besluit om een nieuwe Opleiding bij het ROC te volgen, wordt een nieuwe Onderwijsovereenkomst gesloten.

2. Als een Student meerdere Opleidingen, ongeacht de intensiteit, gelijktijdig volgt aan het ROC, ontvangt de Student meerdere Onderwijsovereenkomsten.

ARTIKEL 6: INHOUD EN INRICHTING VAN DE OPLEIDING EN EXAMENVOORZIENINGEN

1. De inhoud en inrichting van de Opleiding en de examenvoorzieningen staan in de OER. Deze is te downloaden via de elektronische leeromgeving en is beschikbaar en ter inzage bij het examenbureau.

2. Van de Opleiding op basis van de herziene kwalificatiedossiers maken keuzedelen onlosmakelijk onderdeel uit. De Student kiest bij start van, of gedurende de Opleiding keuzedelen. Het volgen van keuzedelen en afsluiten met een examen is een verplicht onderdeel van de Opleiding.

3. Wanneer een Student een keuze maakt om een keuzedeel te gaan volgen, wordt dit geregistreerd op het opleidingsblad. Als de Student later in zijn Opleiding een keuze voor een keuzedeel maakt, dan wordt er een nieuw opleidingsblad bij de Onderwijsovereenkomst afgesloten. Het aantal keuzedelen is afhankelijk van het soort Opleiding.

4. Een Student kan met het ROC aanvullende maatwerkafspraken maken over bijvoorbeeld extra begeleiding. Deze afspraken worden in een bijlage bij deze Onderwijsovereenkomst gevoegd.

5. Op grond van bewijsstukken kan een Student vrijstelling krijgen voor een bepaald examenonderdeel. De gevallen waarin dat kan staan beschreven in de OER. Het ROC geeft de Student een bewijs van de verkregen vrijstelling. Daarop kan, als dat aan de orde is, ook worden vermeld of de vrijstelling voor een beperkte tijd geldig is.

6. De BPV is een onderdeel van de Opleiding en afspraken over de BPV staan in een Praktijkovereenkomst.

7. Het ROC heeft de zorgplicht een arbeidsmarktrelevante Opleiding aan te bieden en de Student te helpen bij het vinden van een BPV-plek. De Student moet zich inspannen om een BPV-plek te vinden en moet een door het ROC aangeboden BPV- plek accepteren.

ARTIKEL 7: TIJDVAKKEN EN LOCATIES

1. Het ROC maakt het rooster en de locaties tijdig en voor het begin van de lessen aan de Student bekend. Het ROC maakt het rooster bekend via de elektronische leeromgeving.

2. De Student moet de aangegeven opleidingsactiviteiten volgens het voor hem geldende rooster volgen.

3. Het ROC mag het rooster en de locaties om organisatorische en/of onderwijsinhoudelijke redenen wijzigen. Het ROC spant zich in wijzigingen van het rooster en/of de locaties op tijd en voor aanvang van de les via de elektronische leeromgeving en eventueel via informatieborden op de onderwijslocatie door te geven aan de Student.

4. Het ROC verwacht dat de Student op tijd, dat wil zeggen voor het begin van de opleidingsactiviteit, op de daarvoor aangegeven locatie aanwezig is.

ARTIKEL 8: INSPANNINGSVERPLICHTINGEN

1. Het ROC organiseert het onderwijs en de examinering daarvan op een manier, dat de Student de Opleiding redelijkerwijs binnen de gestelde termijn met Succes kan afronden, te weten voor of uiterlijk op de verwachte einddatum die op het opleidingsblad staat.

2. De Student spant zich zo goed mogelijk in om de Opleiding binnen de gestelde

termijn met succes af te ronden. Dat is voor of uiterlijk op de verwachte einddatum die op het opleidingsblad staat. In het bijzonder is de Student verplicht daadwerkelijk aan de opleidingsactiviteiten deel te nemen, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem kan worden verwacht.

3. Het ROC draagt zorg voor het realiseren van de ingeroosterde lessen en andere activiteiten en zorgt in het geval van lesuitval voor een passend alternatief. In voorkomende gevallen kan het Bevoegd gezag een alternatieve termijn voor de Opleiding vaststellen. In dat geval moet via een nieuw opleidingsblad een nieuwe verwachte einddatum met de Student worden afgesproken.

ARTIKEL 9: STUDIEADVIES

1. Op verzoek van de student of bij onvoldoende voortgang in het studieverloop, zorgt de school voor een passende en op de student gerichte studiebegeleiding en regelmatige advisering over voortzetting van de studie binnen of buiten de opleiding.

2. In bepaalde situaties, zoals beschreven in de WEB en/of het studentenstatuut, kan aan een student door de school een bindend studieadvies worden verstrekt.

3. Het negatief bindend studieadvies wordt, voorzien van argumenten, schriftelijk en aangetekend door de Leidinggevende, aan de Student verstrekt.

ARTIKEL 10: PASSEND ONDERWIJS

1. Indien van toepassing, worden voor individuele Studenten aanvullende afspraken gemaakt over extra begeleiding in het kader van Passend Onderwijs.

2. Afspraken over extra begeleiding worden in principe voor het begin van de Opleiding gemaakt, maar kunnen ook tijdens de looptijd van de Onderwijsovereenkomst worden gemaakt of aangepast. Nadere invulling van deze afspraken wordt in een bijlage bij de Onderwijsovereenkomst vastgelegd.

3. De Student levert het ROC bij de intake de benodigde informatie over de (mogelijke) extra ondersteuningsbehoefte, zodat het ROC deze ondersteuning kan bieden. Wanneer blijkt dat hij deze informatie verzwijgt, wordt de extra ondersteuning ook niet opgenomen in (de bijlage bij) de Onderwijsovereenkomst. Het ROC hoeft de noodzakelijke ondersteuning dan ook niet te leveren.

4. Als tijdens de Opleiding blijkt dat de Student een ondersteuningsbehoefte heeft, dan wel de eerder aangegeven ondersteuningsbehoefte wijzigt, kan het ROC zelf

vaststellen of, en zo ja, op welke wijze hieraan tegemoetgekomen kan worden.

ARTIKEL 11: FINANCIËLE VERPLICHTINGEN

1. Aan het volgen van de Opleiding zijn voor de Student de wettelijk vastgestelde les- en/of cursusgelden verbonden. De Student verklaart zich door ondertekening van de Onderwijsovereenkomst bekend met de verplichting tot betaling van les- en/of cursusgeld.

2. Het ROC bekostigt de onderwijsactiviteiten en de daarvoor benodigde inventaris, die op basis van het betreffende kwalificatiedossier noodzakelijk zijn om Studenten in

staat te stellen het onderwijs te volgen en het diploma te behalen.

3. Het ROC schrijft voor over welke Leermiddelen een Student dient te beschikken om een specifieke Opleiding goed te kunnen doorlopen.

4. De Student verklaart door ondertekening van de Onderwijsovereenkomst kennis te hebben genomen van de lijst van verplichte Leermiddelen waarover hij voor het begin van de Opleiding dient te beschikken. De lijst met Leermiddelen zal tijdig voor begin van elk schooljaar worden bekend gemaakt op de website en is tevens opgenomen in de studie- of informatiegids van de betreffende Opleiding. De Student bepaalt zelf waar hij deze Leermiddelen aanschaft.

5. Het ROC biedt opleidingsactiviteiten aan waarvoor de Student zich op vrijwillige basis kan inschrijven. Hoewel het ROC het belangrijk vindt dat iedereen deelneemt, is deelname niet verplicht. Wie niet deelneemt aan een extra opleidingsactiviteit, is verplicht in de plaats hiervan deel te nemen aan een vervangende onderwijsactiviteit die het ROC zal aanbieden.

6. Voor de extra opleidingsactiviteiten kan het ROC extra kosten in rekening brengen. De kosten voor de extra activiteiten worden voorafgaand aan de activiteit apart in rekening gebracht.

7. De inschrijving is niet afhankelijk van een andere bij of krachtens de wet geregelde geldelijke bijdrage overeenkomstig artikel 8.1.4. van de WEB.

8. In voorkomend geval worden in een aparte regeling, die als bijlage bij de Onderwijsovereenkomst wordt gevoegd, afspraken gemaakt over het terugbetalen van voorschotten, verstrekt door het Bevoegd gezag om het wettelijk verplichte les- of cursusgeld te voldoen. Dit zoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit les- en cursusgeldwet 2000 (artikel 14).

ARTIKEL 12: ZIEKTE EN AFWEZIGHEID

1. Als de Student wegens ziekte of andere zwaarwegende persoonlijke omstandigheden opleidingsactiviteiten niet kan volgen, moet hij dit zo snel mogelijk, uiterlijk op de dag zelf, melden volgens de bij het ROC geldende procedure. Deze is opgenomen in de studenteninformatie in de elektronische leeromgeving. Het verlof wordt verleend indien de aanwezigheid van de Student in redelijkheid niet van hem kan worden verlangd.

2. Bij ziekmelding of langdurige ziekte kan het ROC van de Student vragen een bewijs van een arts te overleggen, waarin deze verklaart dat de Student wegens medische redenen de onderwijsactiviteiten niet kan volgen.

3. Als de Student met een andere reden dan ziekte niet aan een opleidingsactiviteit kan deelnemen, moet hij uiterlijk twee werkdagen voor die opleidingsactiviteit onder opgaaf van redenen schriftelijk verlof vragen bij de Leidinggevende van de

betreffende Opleiding.

4. De Student die verlof heeft gekregen, is verplicht tot het inhalen van de

onderwijsactiviteiten waaraan niet is deelgenomen, tenzij anders is overeengekomen met de Leidinggevende die het verlof heeft verleend.

5. Als de Student onder de werking van hoofdstuk 2 van de Wet studiefinanciering 2000 valt en hij gedurende een aaneengesloten periode van tenminste vijf weken zonder geldige reden niet aan het onderwijs heeft deelgenomen, maakt het ROC daarvan een aantekening en doet zij melding aan DUO, volgens de in de WEB, artikel 8.1.7, genoemde voorwaarden.

6. Als de Student onder de Leerplichtwet valt en zonder geldige reden les- of praktijktijd heeft verzuimd, geeft het ROC dit zonder uitzondering door aan het Digitaal Verzuimloket van DUO waarbij de geldende wet- en regelgeving in acht worden genomen.

7. Studenten boven de leeftijd van 18 jaar die nog geen startkwalificatie hebben, worden volgens dezelfde termijnen als leerplichtige Studenten gemeld bij de functionaris van het Regionale Meld- en Coördinatiepunt (zie xxx.xxxxxx.xx/xxxxx/00) via het Digitaal Verzuimloket.

ARTIKEL 13: RECHTEN EN PLICHTEN VAN DE STUDENT

1. Het ROC zorgt ervoor dat er een Studentenstatuut is, als bedoeld in artikel 7.4.8. van de WEB.

2. Het Studentenstatuut bevat de rechten en plichten van de Student.

3. Door ondertekening van de Onderwijsovereenkomst verklaart de Student kennis te hebben genomen van het Studentenstatuut. Het Studentenstatuut is te vinden op de elektronische leeromgeving.

ARTIKEL 14: WIJZIGING GEGEVENS

1. De Student verplicht zich veranderingen in zijn persoonsgegevens en/of van de BPV- gegevens, op zo kort mogelijke termijn door te geven aan het ROC.

2. Op het moment dat wijzigingen niet (tijdig) door de Student aan het ROC worden doorgegeven, komen eventuele nadelige gevolgen hiervan voor rekening van de Student.

ARTIKEL 15: TIME-OUT EN SCHORSING STUDENT

1. Als orde- of sanctiemaatregel kan de Leidinggevende bij dringende reden of bij herhaald of ernstig wangedrag, een Student een time-out aanzeggen of gedurende een periode van maximaal vijf dagen schorsen.

2. Bij een time-out wordt de Student de toegang tot het ROC voor de rest van de werkdag ontzegd.

3. Schorsing kan éénmalig met maximaal vijf werkdagen worden verlengd.

4. Schorsing is tevens mogelijk voor de duur van de procedure tot verwijdering van een Student van het ROC (zie artikel 17 van deze Onderwijsovereenkomst).

5. Gedurende de schorsing wordt de Student de toegang tot alle lokaliteiten van het ROC ontzegd.

6. Het besluit tot time-out of schorsing wordt mondeling of schriftelijk aan de Student meegedeeld.

7. Schriftelijke schorsing geschiedt gemotiveerd per aangetekende brief of e-mail met ontvangstbevestiging onder vermelding van de duur van de schorsing, de datum van begin en beëindiging daarvan.

8. Mondelinge schorsing wordt direct per aangetekende brief of e-mail onder vermelding van de duur van de schorsing, de datum van aanvang en beëindiging daarvan

schriftelijk bevestigd.

9. De Student wordt in staat gesteld zijn opmerkingen kenbaar te maken en wordt na de beslissing tot schorsing direct uitgenodigd voor een gesprek met de Leidinggevende of zijn vervanger. In dit gesprek worden nadere afspraken en voorwaarden

vastgelegd. De geschorste Student wordt uitdrukkelijk gewezen op de gevolgen van herhaling van soortgelijk gedrag dat tot de schorsing heeft geleid. Van dit gesprek wordt een verslag opgemaakt.

10. Bezwaar tegen het besluit tot schorsing kan binnen vijf werkdagen na datum van het besluit worden ingesteld bij het College van Bestuur van het ROC.

ARTIKEL 16: VERWIJDERING STUDENT UIT OPLEIDINGSACTIVITEIT

1. Een medewerker van het ROC kan onder verantwoordelijkheid van de Leidinggevende de Student uit de Opleidingsactiviteit verwijderen, indien deze een Opleidingsactiviteit naar zijn oordeel verstoort.

2. Een medewerker van het ROC kan onder verantwoordelijkheid van de Leidinggevende een Student die zich binnen het ROC schuldig maakt aan racistisch, discriminerend, seksueel intimiderend, agressief of gewelddadig gedrag, uit de opleidingsactiviteit verwijderen.

ARTIKEL 17: VERWIJDERING STUDENT VAN XXX

1. De Student kan met inachtneming van het gestelde in de WEB, artikel 8.1.3., lid 5 van het ROC worden verwijderd nadat hij reeds schriftelijk is gewaarschuwd, en daarbij is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen en/of nalaten of zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig wangedrag.

2. Het voornemen tot definitieve verwijdering wordt de Student gemotiveerd bij aangetekende brief meegedeeld, met inachtneming van het gestelde in de WEB, artikel 8.1.3 lid 5.

3. De Student wordt in de gelegenheid gesteld binnen vijf werkdagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering zijn reactie daarop mondeling of schriftelijk aan de Leidinggevende kenbaar te maken.

4. Binnen tien werkdagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering verzendt de Leidinggevende gemotiveerd, bij aangetekende brief, zijn besluit.

5. Bezwaar tegen het besluit tot de definitieve verwijdering kan binnen twee weken na datum van het besluit worden ingesteld bij het College van Bestuur van het ROC.

6. Binnen dertig werkdagen na ontvangst van het bezwaarschrift neemt het College van Bestuur een besluit.

7. Het ROC kan de Student gedurende de procedure tot verwijdering de toegang tot het ROC ontzeggen (dit is schorsing als bedoeld in artikel 15 lid 4 van de Onderwijsovereenkomst).

8. Voor Studenten op wie de Leerplichtwet 1969 van toepassing is en voor examendeelnemers als bedoeld in artikel 8.1.1 lid 1 WEB, geldt dat het ROC in geval van verwijdering van de Student ervoor zorgt dat een andere ROC bereid is de

Student toe te laten volgens artikel 8.1.3 lid 5 WEB.

9. Als het ROC aantoonbaar acht weken zonder succes heeft gezocht naar een andere ROC als bedoeld in lid 8, kan het ROC in afwijking van het voorgaande tot definitieve verwijdering overgaan.

ARTIKEL 18: AANSPRAKELIJKHEID

1. Het ROC aanvaardt geen aansprakelijkheid als gevolg van een tussentijdse beëindiging van deze Onderwijsovereenkomst op grond van schorsing en/of verwijdering van de Student. De Student heeft in dat geval geen recht op

terugbetaling van gemaakte kosten.

2. Met uitzondering van opzet of grove schuld, is het ROC niet aansprakelijk voor diefstal, verduistering, verlies en/of beschadiging van eigendommen of bezittingen van de Student.

3. De aansprakelijkheid van het ROC voortvloeiende uit het verwijtbaar niet (behoorlijk) nakomen van deze Onderwijsovereenkomst wordt gesteld op een bedrag dat maximaal overeenkomt met het betaalde les- of cursusgeld van het desbetreffende cursusjaar, dan wel een evenredig deel daarvan als de Opleiding eerder wordt beëindigd.

ARTIKEL 19: TOEPASSELIJK RECHT, GESCHILLEN EN REGELINGEN

1. Op deze Onderwijsovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.

2. Als de Student vindt dat deze Onderwijsovereenkomst onjuist of onzorgvuldig is toegepast, kan hij zich in eerste instantie wenden tot de Leidinggevende van zijn

Opleiding. Als de Student en Leidinggevende het probleem niet kunnen oplossen, kan de Student zich wenden tot de hoger Leidinggevende die een beslissing neemt.

3. Geschillen voortvloeiend uit de Onderwijsovereenkomst worden, indien die binnen het ROC niet tot een minnelijke oplossing kunnen worden gebracht, voorgelegd aan de bevoegde rechter te Maastricht.

4. In de gevallen waarin deze Onderwijsovereenkomst niet voorziet, beslist het College van Bestuur.

5. Als er geen passende oplossing wordt gevonden, kan de Student een klacht indienen bij de Klachtencommissie van het ROC. Het klachtenreglement en de procedure zijn te vinden in de elektronische leeromgeving.

6. Voor klachten over besluiten van de Examencommissie en over het in de wet geregeld bindend studieadvies kan de Student zich wenden tot de Commissie van Beroep voor de Examens volgens de procedure die daarvoor is vastgelegd in artikel

7.5.1. – 7.5.4. van de WEB. De procedure is opgenomen in het Reglement van de Commissie van Beroep voor de Examens en is te vinden in de elektronische leeromgeving.

7. Naast de bepalingen in deze Onderwijsovereenkomst, en voor zover niet in strijd met deze Onderwijsovereenkomst, zijn de volgende regelingen van toepassing:

- Financieel reglement;

- Integriteitscode van het ROC;

- Klachtenregeling;

- OER bij de Opleiding zoals op het opleidingsblad vermeld;

- Privacyregeling voor Studenten;

- Studentenstatuut;

- Aanvullende regelingen zoals gepubliceerd in de elektronische leeromgeving.

8. De bovenstaande regelingen liggen ter inzage en zijn alle gepubliceerd en te downloaden via de elektronische leeromgeving.

ARTIKEL 20: OVERIGE BEPALINGEN

1. De Student verklaart de documenten waarnaar in deze onderwijsovereenkomst wordt verwezen en/of die als bijvoegsel aan de Onderwijsovereenkomst zijn toegevoegd, te hebben ontvangen en/of daarvan te hebben kennisgenomen.

2. Deze algemene voorwaarden kunnen tussentijds op grond van gewijzigde wet- en regelgeving of omstandigheden eenzijdig, met inachtneming van de bepalingen op dat gebied in de WEB, worden gewijzigd.

3. Het ROC behoudt zich het recht voor om bij onvoldoende deelname aan een Opleiding of delen daarvan, de betreffende Opleiding niet te starten. In dat geval wordt de Onderwijsovereenkomst geacht te zijn ontbonden. Het ROC zal zich inspannen aan de Student een andere opleiding aan te bieden dan wel zich inspannen te zorgen dat de Student de Opleiding bij een andere ROC kan afmaken. Voor Studenten die onder de Leerplichtwet 1969 vallen, is bovendien artikel 17.8 van de Onderwijsovereenkomst van toepassing.

4. Als in de Onderwijsovereenkomst is aangegeven dat de Opleiding aan één van, of aan beide regelingen uit hoofdstuk 2 van de Wet op de studiefinanciering en/of de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten voor studerenden tot 18 jaar, voldoet, houdt dit niet in dat de Student daaraan recht op studiefinanciering of een tegemoetkoming in de studiekosten voor studerenden tot 18 jaar kan ontlenen.

5. Het ROC kan de ouders en/of verzorgers van een Student informeren over de studievoortgang of andere relevante zaken over de Student waarbij geldt dat de student van 18 jaar of ouder hiervoor uitdrukkelijk toestemming moet hebben verleend.

6. Binnen het ROC mogen privacygevoelige gegevens slechts worden verstrekt aan personen die deze gegevens nodig hebben voor de vervulling van hun taak en deze vertrekking niet in strijd is met de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

7. Aan personen die niet tot het ROC behoren, mogen privacygevoelige gegevens slechts worden verstrekt indien dit wordt vereist op grond van een wettelijk voorschrift, de zorgplicht op grond van de wet, dan wel voortvloeit uit het doel van de persoonsregistratie, of indien dit geschiedt met uitdrukkelijke toestemming van de

Student.

Document Metadata

Table of Contents

ONDERWIJSOVEREENKOMST

Document Metadata