Aanvullende Voorwaarden WagenPlan Private Lease 2021
Aanvullende Voorwaarden
WagenPlan Private Lease 2021
Aanvullende Voorwaarden WagenPlan Private Lease 2021
Voorwoord
Bij WagenPlan vinden we het belangrijk dat onze Klanten weten waar ze aan toe zijn. Dit sluit aan bij de waarden van het Keurmerk Private Lease waarbij wij zijn aangesloten. Op de Private Leaseovereenkomst zijn de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease van toepassing en de Aanvullende Voorwaarden WagenPlan Private Lease. De aanvullende voorwaarden vind je hieronder.
De algemene zekerheden van het Keurmerk Private Lease:
• Eerlijke voorwaarden
• Compleet en vergelijkbaar product
• Bescherming tegen te hoge financiële lasten
• 14 dagen bedenktijd
• Zekerheid bij klachten
De aanvullende zekerheden van WagenPlan Private Lease:
• Deelnemer aan het Keurmerk Private Lease
• Altijd opzegbaar
• Xxxxxxxxx opzeggen bij gedwongen ontslag, echtscheiding en overlijden
• Helder over innameschade
• Geen borg of afleverkosten
2.3 Ontbindingsvoorwaarden Private Leaseovereenkomst inzake “Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren” 7
2.4 Wat doen we met meer of minder gereden kilometers? 8
2.4.1 Voorbeeld kilometerverrekening 8
2.5 Eerder opzeggen van de Private Leaseovereenkomst 9
2.5.1 Wanneer zijn er geen kosten verbonden aan de opzegging? 9
2.8 Afhandeling bekeuringen, boetes en beschikkingen 10
2.9 Aanpassing Aanvullende Voorwaarden 10
2.10 Overdracht van rechten en indeplaatsstelling 10
3 Schade & verzekeringsvoorwaarden 11
3.2.1 Cascoschade voor rekening van WagenPlan 12
3.2.2 Cascoschade voor rekening van Klant 12
4.3 Schadeverzekering Inzittenden (SVI) 15
5.1 Wat moet Klant meenemen bij inlevering? 16
5.3 Voorbeelden van gebruiksschade 16
5.4 Voorbeelden van Xxxxxxxxxxxxx. 16
Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950 18
4 Einde van de overeenkomst 21
6 Terhandstelling van de verzekeringsvoorwaarden 23
8 Aan- en afmelding van verzekerde objecten 25
9 Wijziging van premies, tarieven en/of voorwaarden 26
10 Afwijkende premie en/of voorwaarden gedurende het verzekeringsjaar 27
14 Bijzondere voorwaarden per verzekeringssoort 31
Bijzondere Voorwaarden WA-verzekering Wagenparkverzekeringen WP-951 33
Bijzondere Voorwaarden Motorrijtuig Rechtsbijstandverzekering
Wagenparkverzekeringen WP-954 41
0 Xxxxxx van de gebeurtenis en verplichtingen van de verzekerde 46
7 Behandeling van de zaak en verplichtingen van de Stichting 47
8 Verzekerde kosten van rechtsbijstand 48
Bijzondere Voorwaarden Ongevallenverzekering voor inzittenden
Wagenparkverzekeringen WP-955 54
5 Wat te doen na een ongeval 60
Productvoorwaarden Bedrijfswagens Rubriek 9 Schadeverzekering voor inzittenden 62
1 Aanvullende Begripsomschrijvingen 62
3 Aanvullende uitsluitingen 64
Innameprotocol Private Lease 66
Acceptabele gebruikersbeschadigingen 67
Onacceptabele gebruikersbeschadigingen 68
De definities uit de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease worden ook in deze Aanvullende Voorwaarden WagenPlan Private Lease gebruikt. Verder worden in deze aanvullende voorwaarden nog de volgende definities gebruikt:
WagenPlan
De leasemaatschappij genoemd in de Private Leaseovereenkomst WagenPlan B.V., ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 08090458 en gevestigd aan de Veluwezoom 4 te (1327 AG) Almere.
Klant
De natuurlijke perso(o)n(en) waarmee WagenPlan een Private Leaseovereenkomst aangaat. Daarnaast staan in hoofdstuk 3 een aantal specifieke definities die alleen voor dat hoofdstuk gelden.
2.1 Aflevering
Klant ontvangt het Voertuig op de afgesproken datum en locatie. Klant moet dan een geldig legitimatiebewijs laten zien. Dit als uitwerking van artikel 8 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease. Als de auto bijna klaar is voor aflevering, zal de dealer contact met de klant opnemen om een afspraak voor aflevering in te plannen. Klant kan afspreken om de auto bij de dealer op te halen (hierbij krijgt de klant uitleg bij de auto), of de auto op een door de klant gewenst adres te laten leveren.
2.2 Beschermplan
WagenPlan heeft een uniek Beschermplan waarvan hieronder de voorwaarden staan (artikel 46 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease).
a. Klant kan de Private Leaseovereenkomst tussentijds zonder boete beëindigen in geval van niet verwijtbaar gedwongen ontslag, echtscheiding, ontbinding van een geregistreerd partnerschap, ontbinding van een notarieel samenlevingscontract of bij overlijden (bij overlijden kunnen de erfgenamen dit doen).
De volgende voorwaarden zijn van toepassing:
I. Klant heeft aan alle verplichtingen uit de Private Leaseovereenkomst voldaan; en
II. WagenPlan is overtuigd van één van de beëindigingsgronden; en
III. het Voertuig is ingeleverd bij WagenPlan volgens de afspraken in deze Aanvullende Voorwaarden.
b. De Private Leaseovereenkomst wordt beëindigd zodra aan de voorwaarden I t/m III is voldaan. De einddatum is de laatste dag van de maand waarin dit is gebeurd. Hierna te noemen: beëindigingsdatum.
c, WagenPlan controleert het aantal werkelijk gereden kilometers op de beëindigingdatum. Ook de kilometers gereden in een vervangend voertuig tellen mee. Verder wordt ook gekeken naar eventuele meer- of minderkilometers. Deze meer- of minderkilometers worden verrekend volgens het overzicht in de Private Leaseovereenkomst.
2.3 Ontbindingsvoorwaarden Private Leaseovereenkomst inzake “Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren”
De leaseovereenkomst kan door u worden ontbonden in het geval een aanvraag tot subsidieverlening onder artikel 2.3.2 of 2.4.2 van de “Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren” wordt afgewezen of wordt uitgesteld. De ontbinding dient schriftelijk en binnen 14 dagen na de afwijzing of het uitstel van de aanvraag te geschieden. Een brief of mailbericht gericht aan het overeengekomen contactadres van ons is voldoende.
Omdat beschikbaarheid en de prijsstelling van een personenauto door de fabrikant kan worden aangepast, kunnen wij de leaseovereenkomst ontbinden in het geval de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland de termijn voor haar besluit verlengt of indien de toewijzing van de aanvraag wordt uitgesteld.
Partijen zijn alsdan gehouden alles te doen en na te laten om reeds verrichte (rechts)handelingen ongedaan te maken. Geen van de partijen is gehouden tot enige vergoeding van schade of kosten als de overeenkomst om deze redenen ontbonden wordt. U bent enkel gerechtigd tot ontbinding als u uw wettelijke en contractuele verplichtingen ter verkrijging van een positief besluit tot verlening van voormelde subsidie, bent nagekomen en indien u voldoet aan de gestelde voorwaarden.
Als de subsidieverstrekker na de aanvraag tot subsidieverlening en die tot subsidievaststelling aanvullende informatie wenst te verkrijgen, dan zult u deze onmiddellijk verstrekken. Wij zullen u van alle voor de aanvragen benodigde informatie voorzien, voor zover die bij ons bekend is.
Hoe sneller uw aanvraag tot subsidieverlening verwerkt is des te sneller kan uw auto worden besteld.
• U zal de aanvraag voor de subsidieverlening tijdig, dat wil zeggen binnen 10 werkdagen na het aangaan van de leaseovereenkomst, volledig en overeenkomstig de daarvoor gestelde voorwaarden bij de uitvoeringsinstantie van de subsidieregeling moeten indienen.
• U zal de aanvraag tot subsidievaststelling zo spoedig mogelijk na tenaamstelling van het kenteken indienen.
• U zal ons binnen 5 werkdagen na ontvangst informeren over de inhoud van de beschikkingen van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) tot aanvraag en die tot de vaststelling van de subsidie, alsmede omtrent eventuele berichtgeving rondom uitstel van de beslistermijn.
U kunt schriftelijk afzien van het recht op ontbinding van de leaseovereenkomst om reden van afwijzing of van uitstel van de subsidieaanvraag in het kader van de “Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren”.
2.4 Wat doen we met meer of minder gereden kilometers?
Elke twaalf maanden en aan het eind van de Leaseperiode, na inlevering van de auto, stelt WagenPlan vast hoeveel kilometers de auto heeft gereden. Op basis hiervan berekent WagenPlan de gemiddeld gereden kilometers per jaar. De Klant is verplicht binnen vijf werkdagen de actuele kilometerstand door te geven als WagenPlan daartoe verzoekt. Blijkt hieruit dat het Voertuig gemiddeld meer of minder kilometers heeft gereden dan de kilometerbundel, dan kan WagenPlan het Maandbedrag aanpassen.
Meer gereden kilometers
I. De Klant mag gemiddeld 500 kilometer per jaar boven de kilometerbundel rijden zonder dat het Maandbedrag wordt verhoogd.
II. Heeft de Klant gemiddeld meer dan 500 kilometers boven de kilometerbundel gereden, dan past WagenPlan het Maandbedrag en de kilometerbundel aan. In de tabel in de Private Leaseovereenkomst staan de kilometerbundels en bijbehorende Maandbedragen. Het nieuwe Maandbedrag is dan hoger en geldt vanaf het begin van de leaseperiode. De Klant betaalt WagenPlan het prijsverschil tussen de kilometerbundels over de tijd ervoor in één keer terug, tenzij anders overeengekomen tussen WagenPlan en Klant. WagenPlan stuurt de Klant daarvoor een factuur.
III. Is de hoogste kilometerbundel met meer dan 500 kilometer overschreden, dan betaalt de Klant een meerprijs per extra gereden kilometer. In de tabel in de Private Leaseovereenkomst staat deze meerprijs vermeld.
Minder gereden kilometers
I. Heeft de Klant gemiddeld minder kilometers gereden dan de gekozen kilometerbundel? Dan past WagenPlan het Maandbedrag en de kilometerbundel aan. In de tabel in de Private Leaseovereenkomst staan de kilometerbundels en bijbehorende Maandbedragen. Het nieuwe Maandbedrag is dan lager en geldt vanaf het begin van de leaseperiode. De Klant krijgt van WagenPlan het geld terug dat de Klant te veel heeft betaald over de tijd ervoor.
II. Minder gereden kilometers onder de laagste kilometerbundel worden niet vergoed door WagenPlan.
2.4.1 Voorbeeld kilometerverrekening
Hieronder wordt aan de hand van een voorbeeld de afrekening toegelicht: De Klant heeft een Private Leaseovereenkomst met een looptijd van 48 maanden en een kilometerbundel van 0-10.000 km per jaar.
Het maandbedrag is € 239,-. Aan het einde van de Private Leaseovereenkomst, na inlevering van de auto, blijkt dat de Klant gemiddeld 14.000 km per jaar heeft gereden. Hierbij hoort volgens onderstaande voorbeeldtabel een maandbedrag van € 259,-. De Klant heeft 48 maanden x € 20,- (€ 259 - € 239) is € 960,- te weinig betaald. De Klant krijgt voor dit bedrag een factuur van WagenPlan. Als de Klant meer dan 500 km boven de hoogste
Lt \ Km
0-10.000 10.000-15.000 15.000- 20.000 20.000-25.000 25.000-30.000 30.000-35.000
kilometerbundel rijdt, dan betaalt de klant een meerprijs per extra gereden kilometer. De meerprijs per kilometer staat in de tabel in de Private Leaseovereenkomst.
km/jr | km/jr | km/jr | km/jr | km/jr | km/jr | |
24 mnd | 289 | 309 | 329 | 359 | 379 | 399 |
36 mnd | 264 | 284 | 304 | 334 | 354 | 374 |
48 mnd | 239 | 259 | 279 | 309 | 329 | 349 |
60 mnd | 219 | 239 | 259 | 289 | 309 | 329 |
Meerprijs per kilometer | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 |
2.5 Eerder opzeggen van de Private Leaseovereenkomst
Klant kan de Private Leaseovereenkomst altijd eerder opzeggen (uitwerking van artikel 46 en artikel 48 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease). Daar kunnen kosten aan zijn verbonden. De opzegging kan per post naar WagenPlan (Postbus 60251, 0000 XX Xxxxxx) of per email: xxxxxxxxxx@XxxxxXxxx.xx worden verzonden. Bovendien geldt altijd een opzegtermijn van één maand. Xxxxx ontvangt bij opzegging een berekening van het verschuldigde bedrag. In dit artikel staat wanneer er kosten zijn verbonden aan de opzegging en hoe deze kosten worden berekend.
2.5.1 Wanneer zijn er geen kosten verbonden aan de opzegging?
Er zijn geen kosten verbonden aan de opzegging als er wordt opgezegd onder de voorwaarden van het Beschermplan. Of wanneer in andere gevallen uit het overzicht in de Private Leaseovereenkomst blijkt dat de Maandbedragen die Klant had moeten betalen lager of gelijk zijn aan de betaalde maandbedragen. In alle andere gevallen zijn er wel kosten verbonden aan de opzegging.
2.5.2 Xxxxx xxx xxxxxxxxxx
Bij opzegging bedraagt de maximale opzeggingsvergoeding 50% van de nog totaal verschuldigde maandbedragen tot aan de einddatum, tenzij uit het overzicht in de Private Leaseovereenkomst een lager bedrag volgt (zie artikel 2.4.3 voor een voorbeeld). Dit als uitwerking van artikel 47 en artikel 48 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
2.5.3 Voorbeeldberekening
Hieronder wordt aan de hand van een voorbeeld de afrekening uitgelegd. De klant heeft een Private Lease overeenkomst voor 36 maanden met een kilometerbundel van 15.000-20.000 km per jaar. Het maandbedrag is € 304,-. De Klant wil de Private lease overeenkomst beëindigen na 24 maanden. Voor de eenvoud blijft de kilometerbundel gelijk (klant heeft binnen de kilometerbundel gereden). De opzeggingsvergoeding die de klant moet betalen is de resterende looptijd (36-24=) 12 maanden x het maandbedrag van € 304,-
= € 3.648,- x 50% = € 1.824,-.
Er is een maximum gesteld aan de opzeggingsvergoeding. Dit maximum is het verschil tussen de maandbedragen die de klant heeft betaald en de maandbedragen die de Klant had moeten betalen als deze direct een contract voor de kortere looptijd was aangegaan. In dit voorbeeld geeft de voorbeeldtabel een maandbedrag aan van € 329,- bij 24 maanden met een kilometerbundel van 15.000-20.000 km. Klant heeft 24 maanden € 304,- betaald en Klant had € 329,- moeten betalen. Het totale verschil over de looptijd is hier (24 maanden x € 25,- =) € 600,-. Omdat de berekening hier goedkoper uitvalt voor de klant, betaalt de klant in dit voorbeeld € 600,- als opzeggingsvergoeding.
km/jr | km/jr | km/jr | km/jr | km/jr | ||
24 mnd | 289 | 309 | 329 | 359 | 379 | 399 |
36 mnd | 264 | 284 | 304 | 334 | 354 | 374 |
48 mnd | 239 | 259 | 279 | 309 | 329 | 349 |
60 mnd | 219 | 239 | 259 | 289 | 309 | 329 |
Meerprijs per kilometer | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 | € 0,08 |
Lt \ Km
0-10.000 10.000-15.000 15.000- 20.000 20.000-25.000 25.000-30.000 30.000-35.000
2.6 Gebruik voertuig
Klant mag het Voertuig alleen gebruiken in de landen die vermeld staan op de Groene Kaart. Dit als uitwerking van artikel 32 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease. Voor gebruik in andere landen heeft Klant toestemming van WagenPlan nodig. Als Klant het Voertuig langer dan een maand achter elkaar buiten Nederland wil gebruiken, is ook toestemming van WagenPlan nodig. WagenPlan kan beperkingen opleggen aan dit gebruik. Neem contact op met xxxxxxxxxx@XxxxxXxxx.xx.
2.7 Gebruik derden
Klant mag het voertuig door derden laten gebruiken, maar niet tegen betaling.
2.8 Afhandeling bekeuringen, boetes en beschikkingen
Het kenteken van het Voertuig staat op naam van WagenPlan (artikel 11 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease). Eventuele bekeuringen, boetes en beschikkingen die WagenPlan ontvangt, belast WagenPlan door aan Klant. WagenPlan rekent daarvoor geen administratiekosten en Klant ontvangt een kopie van de beschikking. Dit als uitwerking van artikel 44 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
2.9 Aanpassing Aanvullende Voorwaarden
WagenPlan past deze Aanvullende Voorwaarden alleen eenzijdig aan als WagenPlan zich daartoe verplicht acht op basis van de wet. In alle andere gevallen vragen wij om instemming van de Klant.
2.10 Overdracht van rechten en indeplaatsstelling
WagenPlan mag de eigendom van het Voertuig en haar rechten uit de Private Leaseovereenkomst overdragen aan een derde. Klant mag bij overdracht van de Private Leaseovereenkomst door WagenPlan die overeenkomst beëindigen (ontbinden), tenzij:
• WagenPlan zich voor de Klant aansprakelijk stelt voor de nakoming van de verplichtingen uit de Private Leaseovereenkomst door genoemde derde; of
• deze overdracht van de Private Leaseovereenkomst plaatsvindt in het kader van de overdracht van WagenPlan als onderneming.
2.11 Betaling
Het Maandbedrag wordt maandelijks vooraf bij Klant in rekening gebracht. De betaling zal via een automatische incasso steeds de eerste dag van de maand plaatsvinden. Dit als uitwerking van artikel 20 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
3 Schade & verzekeringsvoorwaarden
Wat is er geregeld voor het geval er schade ontstaat aan of met het Voertuig? Dit als uitwerking van artikel 1 en artikel 25 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
In dit hoofdstuk gebruikt WagenPlan een aantal specifieke definities:
Cascoschade
Cascoschade bestaat uit de reparatiekosten. In geval de reparatiekosten hoger zijn dan het verschil tussen de waarde voor en na het Schadegeval, dan is er sprake van Total Loss. Hierbij bestaat de cascoschade uit de waarde voor het Schadegeval minus de waarde van de restanten.
Cascowaarde
De door WagenPlan geregistreerde economische waarde van het Voertuig. WagenPlan kan Klant op verzoek inzicht geven in de opbouw van deze waarde.
Eigen Bijdrage
Het bedrag dat per Schadegeval voor rekening van Klant komt. Voor de hoogte van de eigen bijdrage verwijzen we naar de Private Leaseovereenkomst.
Feitelijk Bestuurder
De Klant of een andere gebruiker van het Voertuig. Dit mogen alleen personen zijn met een geldig rijbewijs, die voldoen aan de eisen die de wet aan een bestuurder stelt.
Schade
Ieder financieel nadeel (niet cascoschade) dat het gevolg is van een Schadegeval. Schadegeval Schaden ontstaan door alle plotselinge en onverwachte gebeurtenissen. Total Loss De reparatiekosten van het Voertuig zijn hoger dan het verschil in waarde van het Voertuig onmiddellijk voor en na een Schadegeval.
3.1 Verzekerde Schade
WagenPlan heeft het Voertuig met uitzondering van de Cascoschade verzekerd bij Achmea Schadeverzekeringen N.V. hierna: de Verzekeraar. Afhandeling van Schade en Cascoschade loopt altijd via WagenPlan. WagenPlan heeft met haar Verzekeraar afgesproken dat zij Klant zal informeren over de voorwaarden van de verzekeringen. Klant ontvangt de algemene voorwaarden van de verzekeringen van de Wettelijke Aansprakelijkheid (WA), Ongevallen verzekering voor Inzittenden (POI), en Rechtsbijstand daarom als bijlage (als uitwerking van artikel 27 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease. Klant dient zich te houden aan de bepalingen die door de Verzekeraar in deze algemene voorwaarden zijn opgenomen.
De Aanvullende Verzekeringsvoorwaarden bevatten diverse bepalingen die enkel de relatie tussen WagenPlan en de verzekeringsmaatschappij betreffen. Denk aan bepalingen over premiebetaling, bonus/ malusregeling, aan- en afmelding en royement. Deze bepalingen zijn niet op Klant van toepassing. Voor zover de verzekeringsvoorwaarden bepalingen bevatten die strijdig zijn met bepalingen in de Algemene Voorwaarden van het Keurmerk Private Lease, gelden in plaats van de strijdige voorwaarden, de voorwaarden van het Keurmerk Private Lease als deze gunstiger voor de Klant zijn.
3.2 Cascoschade
Voor Cascoschade geldt tussen WagenPlan en Klant een risicoverdeling. De verdeling is als volgt:
3.2.1 Cascoschade voor rekening van WagenPlan
Cascoschade die groter is dan de Eigen Bijdrage betaalt WagenPlan, tenzij sprake is van omstandigheden genoemd in artikel 3.2.2.
3.2.2 Cascoschade voor rekening van Klant
Cascoschade kleiner of gelijk aan de Eigen Bijdrage moet Klant betalen. Dit is ook zo als de Cascoschade is ontstaan door feiten die hieronder zijn benoemd. In deze gevallen moet Klant de volledige Cascoschade betalen:
• wedstrijden en snelheidsproeven: Cascoschade ontstaan tijdens het deelnemen aan wedstrijden en snelheidsproeven, tenzij het gaat om puzzelritten waarbij het snelheidselement niet overweegt en voorafgaand door WagenPlan toestemming is verleend. • onbevoegde bestuurder: Xxxxxxxxxxx veroorzaakt terwijl de Feitelijke Bestuurder:
- geen voor het Voertuig wettelijk in Nederland geldig rijbewijs bezit;
- de rijbevoegdheid is ontzegd;
- een rijverbod is opgelegd en/of zijn rijbewijs is ingenomen;
- niet voldoet aan andere wettelijke bepalingen over de bevoegdheid tot het besturen van het Voertuig.
• opzet en bewuste roekeloosheid: Cascoschade die het gevolg is van opzettelijk (onzorgvuldig) handelen door Feitelijk Bestuurder en/of passagier. Of als deze persoon bewust roekeloos handelt. Dit is ook het geval als de sleutel in het Voertuig blijft zitten en het Voertuig vervolgens wordt gestolen;
• diefstal of vermissing sleutels: Indien sleutels zijn gestolen of vermist, moet Klant er alles aan doen om diefstal van het Voertuig te voorkomen. Doet Klant dit niet, dan komt de schade van diefstal van het Voertuig voor rekening van Klant;
• rijden onder invloed: Xxxxxxxxxxx die is veroorzaakt, terwijl de Feitelijk Bestuurder onder zodanige invloed van alcohol of andere middelen was dat hij niet in staat kon worden geacht het Voertuig te besturen. Of dat het besturen van het Voertuig wettelijk is verboden. Dit is ook van toepassing als de Feitelijke Bestuurder weigert mee te werken aan een ademtest, urine- of bloedproef of soortgelijk onderzoek, dan wel zich hieraan onttrekt;
• gevaarlijke stoffen: Cascoschade als gevolg van het vervoer of aanwezig zijn van gevaarlijke stoffen in het Voertuig. Gevaarlijke stoffen zijn omschreven in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen zoals brandbare, giftige of explosieve stoffen;
• bedieningsfout: Cascoschade door een bedieningsfout aan het Voertuig. Onder bedieningsfout wordt verstaan het niet opvolgen van instructies uit gebruikershandleidingen of fabrieksvoorschriften. Dit is ook het geval als signalen (automatisch) kenbaar gemaakt door het voertuig (branden van lampjes op het dashboard) niet worden opgevolgd. Ook het gebruik en/of het tanken van verkeerde brandstof is een bedieningsfout;
• niet melden van schade: Xxxxxxxxxxx als gevolg van het niet melden van schade (zie artikel 3.3).
3.3 Wat te doen bij Schade
a. Schademelding. Klant is verplicht een Schadegeval zo spoedig mogelijk te melden bij WagenPlan. Klant dient vragen van WagenPlan zo spoedig mogelijk en naar waarheid te beantwoorden. Klant dient alle ontvangen stukken over de Schade of Cascoschade- zoals aansprakelijkstellingen en dagvaardingen - direct aan WagenPlan door te zenden. Uitsluitend WagenPlan kan aansprakelijkheid erkennen. Klant mag dit niet doen. Dit als uitwerking van artikel 28 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
b. Bij diefstal, verduistering, joyriding of oplichting en de poging daartoe dient Klant onmiddellijk aangifte te doen bij de Politie en direct contact op te nemen met WagenPlan.
3.4 Hulp in Nederland
WagenPlan zal onder de volgende voorwaarden en bepalingen hulp aan Klant verlenen in Nederland als uitwerking van artikel 42 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease.
3.4.1 Omschrijving dienst
WagenPlan zal hulp verlenen als door pech, ongeval of diefstal geen gebruik kan worden gemaakt van het Voertuig. Bij pech, ongeval of diefstal van het Voertuig zal voor een eventuele aanhanger of caravan ook hulp worden verleend. Pech of ongeval van uitsluitend de aanhanger of caravan valt niet onder deze dienst.
3.4.2 Melding
Voor hulp in Nederland dient de Klant contact op te nemen met de pechhulpdienst (Eurocross) van WagenPlan. Deze is 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar op telefoonnummer 055 579 82 11.
3.4.3 Pech in Nederland
Indien door een technische oorzaak het Voertuig niet meer kan rijden, wordt door de hulpverlener getracht de storing ter plaatse te verhelpen. Eventueel wordt een noodreparatie uitgevoerd. Indien reparatie ter plaatse niet mogelijk is, zal het Voertuig worden getransporteerd naar een door WagenPlan te bepalen adres.
3.4.4 Schade in Nederland
Als het Voertuig door een ongeval niet meer kan rijden, wordt het Voertuig door een hulpverlener geborgen en naar een door WagenPlan te bepalen adres getransporteerd. Inzittenden kunnen eventueel met de takelwagen meerijden (artikel 29 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease). Of vanaf de plaats van het Schadegeval met een taxi naar het dichtstbijzijnde treinstation of autoverhuuradres worden vervoerd tegen een maximale totale vergoeding van € 200,-. Deze kosten zijn voor rekening van WagenPlan.
3.4.5 Vervangend vervoer
Indien vervangend vervoer noodzakelijk is, kan WagenPlan zorgdragen voor een gelijkwaardig vervangend Voertuig (artikel 41 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease). De kosten van dit vervangend vervoer zullen op basis van de contractafspraken worden afgerekend. Kosten die ook onder normale omstandigheden zouden worden gemaakt, zoals brandstof, boetes en tolgelden, komen niet in aanmerking voor vergoeding door WagenPlan. Standaard heeft u recht op vervangend vervoer bij reparatie, onderhoud en schade na 72 uur. Met de optionele module ‘Vervangend vervoer’ heeft u recht op vervangend vervoer na 24 uur.
3.5 Hulp in het buitenland
WagenPlan zal in het buitenland, onder de hierna te noemen voorwaarden en bepalingen, hulp verlenen aan Klant als uitwerking van artikel 42 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease. Wanneer hier een rekening uit voortvloeit die door WagenPlan dient te worden voldaan, zal dit op eerstvolgende factuur met Klant worden verrekend.
3.5.1 Omschrijving dienst
Hulp wordt verleend als door pech, ongeval of diefstal geen gebruik kan worden gemaakt van het Voertuig. Tevens wordt aan Klant hulp verleend bij ziekte of ongeval als overige inzittenden het Voertuig niet kunnen besturen. Bij pech, ongeval of diefstal van het Voertuig zal voor een eventuele aanhanger of caravan ook hulp worden verleend. Pech of ongeval van uitsluitend de aanhanger of caravan valt niet onder deze dienst.
3.5.2 Geografische dekking
Hulp wordt verleend in de landen zoals vermeld op de Groene Kaart behorende Voertuig. WagenPlan behoudt zich het recht voor om landen toe te voegen of te verwijderen.
Voor hulp buiten Nederland dient de Klant contact op te nemen met de pechhulpdienst (Eurocross) van WagenPlan. Deze is 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar op telefoonnummer x00 (0)00 000 00 00.
3.5.4 Hulpverlening
1. Zodra een verzoek om hulp is binnengekomen, zal WagenPlan nagaan of op korte termijn hulp kan worden verleend zodat de Klant zijn reis zo spoedig mogelijk kan voortzetten.
2. Indien Klant niet na pechhulp zijn reis kan vervolgen, zullen het Voertuig en indien gewenst ook de inzittenden worden vervoerd naar de dichtstbijzijnde dealer van het merk of naar een andere vakbekwame werkplaats.
3. Indien het Voertuig niet dezelfde dag te repareren is, kan de Klant voor de duur van de reparatieperiode beschikken over een vervangend voertuig. De kosten komen voor rekening van Klant, tenzij Klant voor de module Vervangend Vervoer heeft gekozen. 4. Kosten door het niet tijdig omruilen van het beschikbare gestelde vervangende voertuig komen voor rekening van de Klant.
5. Klanten die hebben gekozen voor de module Vervangend Vervoer kunnen in plaats van een vervangend voertuig voor de duur van de reparatie er voor kiezen om samen met de overige inzittenden vervoerd te worden naar de oorspronkelijke eindbestemming of een adres in Nederland.
Dit vervoer zal plaatsvinden op basis van openbaar vervoer. Vervoer naar de stations van het openbaar vervoer van vertrek en aankomst gebeurt per taxi tegen een maximale totale vergoeding van € 200,-.
6. Indien het Voertuig binnen 48 uur gerepareerd kan worden, zal WagenPlan aan de Klant en overige inzittenden de mogelijkheid bieden om maximaal 3 nachten in een hotel van onze keuze te overnachten. Het maximale tarief is € 70,- per persoon per nacht op basis van logies en ontbijt.
7. Als reparatie niet binnen 48 uur kan plaatsvinden, kan WagenPlan het Voertuig naar een adres in Nederland brengen.
8. Als door ziekte of persoonlijk ongeval het Voertuig niet bestuurd kan worden, kan WagenPlan zorgen voor de repatriëring van het Voertuig en de inzittenden. De kosten van zowel de repatriëring als het vervoer van de inzittenden zijn voor rekening van Klant.
3.5.5 Uitsluitingen
WagenPlan zal geen hulp verlenen als de immobiliteit het gevolg is van;
1. Oorlog en/of alle situaties die daarop lijken of daarmee verband houden, zoals invasie, noodtoestand, avondklok, opstand, burgeroorlog, onlusten;
2. Elke vorm van radioactieve besmetting of elke gebeurtenis die daartoe kan leiden; 3. Drukgolven van vliegtuigen of explosies;
4. Extreme weersomstandigheden zoals hevige sneeuw en hagel, bliksem of stormen boven windkracht 10 Beaufort. Er zal wel hulp worden verleend als de extreme weersomstandigheden voorbij zijn;
5. Rampen zoals aardbevingen, lawines, overstromingen alsmede instorting van bruggen of bouwwerken.
Als Klant het Voertuig gebruikt in strijd met de bepalingen van de Private Leaseovereenkomst of het instructieboekje van het Voertuig en daardoor strandt dan behoudt WagenPlan zich het recht voor geen hulp te verlenen.
WagenPlan verleent alleen hulp als het mankement betrekking heeft op het daadwerkelijk functioneren van het voertuig. Storingen aan bijvoorbeeld navigatie, audiovisuele apparatuur en aircosystemen komen niet in aanmerking voor het verlenen van hulp.
Als Klant kiest voor een van de optionele modules, dan gelden de hieronder benoemde voorwaarden.
4.1 All Season banden
Het Voertuig wordt bij deze module uitgerust met All Season banden op basis van merkkeuze WagenPlan.
4.2 Vervangend vervoer
Als uitwerking van artikel 39 en artikel 41 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease heeft Klant bij deze module direct recht op vervangend vervoer bij reparatie, onderhoud of schade zowel nationaal als internationaal als Klant naar verwachting langer dan 24 uur niet kan beschikken over het Voertuig. U krijgt in dit geval een gelijkwaardig voertuig.
Als voorwaarden hiervoor gelden:
a. Dat de hulpverlening aan Klant gebeurt in overleg met WagenPlan of een door WagenPlan aangewezen hulpverlenende instantie. Het vervangende Voertuig zal in overleg met Klant binnen Nederland of, indien van toepassing, in een ander land worden afgeleverd. Voor het vervangend voertuig gelden voor Klant dezelfde verplichtingen als voor het Voertuig. Na gebruik dient Klant het vervangend Voertuig op aanwijzing van WagenPlan weer in te leveren en WagenPlan daarover te informeren. Het omwisselen van het vervangend Voertuig gebeurt op de plaats van reparatie van het Voertuig; en
b. Als het Voertuig bij reparaties of onderhoud in het buitenland niet binnen 72 uur gereed kan zijn, mag Klant het vervangende voertuig gebruiken conform instructie van WagenPlan. Indien WagenPlan dit nodig vindt, zorgt WagenPlan voor de terugkeer van het gerepareerde Voertuig naar Nederland en voor de terugkeer van het vervangende voertuig naar het desbetreffende land. Als Klant anders handelt dan hier is bepaald, zijn de eventuele meerkosten voor rekening van Klant; en
c. Gedurende de periode dat Klant over het vervangend voertuig beschikt loopt de Private Leaseovereenkomst door. Klant is verplicht de Maandbedragen te blijven betalen. Als Klant in een vervangende voertuig rijdt, terwijl het te repareren voertuig beschikbaar is, dan zijn de hieruit voortvloeiende kosten vanaf dat moment voor rekening van Klant. Kilometers die met het vervangend voertuig worden gereden, worden beschouwd als gereden met het Voertuig.
4.3 Schadeverzekering Inzittenden (SVI)
Op deze verzekering zijn de Bijzondere Voorwaarden Schadeverzekering Inzittenden Wagenparkverzekeringen van toepassing. De maximale dekking is benoemd in de Private Leaseovereenkomst. De voorwaarden zijn opgenomen in de bijlagen.
4.4 e-Driver
e-Driver is een online leeromgeving met interactieve video trainingen, kennistesten, tools en actuele informatie over veilig en zuinig rijden. Met behulp van een groot aantal tools en trainingen draagt deze leeromgeving bij aan meer veiligheid, minder schades en duurzame mobiliteit. e-Driver is een initiatief van Centraal Beheer en is ontwikkeld in samenwerking met TNO Human Factors, verkeerspsychologen en gedragsdeskundigen.
Als uitwerking van artikel 1 van de Algemene Voorwaarden Keurmerk Private Lease heeft WagenPlan een innameprotocol. Dat wordt hieronder uitgelegd. Aan het einde van de Private Leaseovereenkomst levert Klant het Voertuig in bij een vestiging van Care Schadeservice. Tijdens de inname maakt WagenPlan een bindend innamerapport op. In dit rapport registreren we de inleverschades en gebruiksbeschadigingen van het Voertuig. Klant dient het Voertuig schoon in te leveren. Als het Voertuig niet schoon is, kan er geen bindende inname worden uitgevoerd.
5.1 Wat moet Klant meenemen bij inlevering?
Wij vragen Klant de volgende items achter te laten in het dashboardkastje:
• Kentekencard of de Kentekenbewijzen deel I en II (1a en 1b);
• De groene kaart en het onderhoudsboekje;
• Reservesleutels en de eventuele codekaart;
• Alle meegeleaste accessoires;
• Radioaccessoires, bijvoorbeeld de codekaart;
• Eventuele software voor het navigatiesysteem;
• APK-bewijs (indien van toepassing).
5.2 Het innamerapport
Met het innamerapport leggen Klant en WagenPlan vast in welke staat Klant het Voertuig heeft ingeleverd. Een voorbeeld van het innamerapport is opgenomen als bijlage.
5.3 Voorbeelden van gebruiksschade
Kleinere schades die onder gebruiksschade vallen, hoeft Klant niet te melden en neemt WagenPlan voor haar rekening. Gebruiksbeschadigingen zijn kleine beschadigingen die ontstaan bij normaal gebruik.
Hieronder vallen beschadigingen aan carrosserie, bumpers, spiegels, flankbescherming en het interieur. De volgende beschadigingen beschouwt WagenPlan als één beschadiging:
Beschadigingen van het plaatwerk die kleiner zijn dan 24 mm (één euro muntstuk) en oppervlakkige krassen kleiner dan 10 cm, die het aantal van twee per plaatdeel niet overtreffen. Voorbeelden van gebruiksbeschadigingen zijn opgenomen als bijlage.
5.4 Voorbeelden van Xxxxxxxxxxxxx
Beschadigingen aan het Voertuig door bijvoorbeeld steenslag, aanrijding, (poging tot) inbraak en verontreiniging waarbij de ontstane schade niet voldoet aan de criteria zoals deze zijn omschreven bij gebruiksbeschadigingen vallen onder de term ‘inleverschade’. Verontreinigingen per interieurdeel (stoel of bank) worden gezien als één beschadiging. Voorbeelden van inleverschades zijn opgenomen als bijlage.
In deze bijlagen zijn opgenomen:
• De Aanvullende Verzekeringsvoorwaarden
• Voorbeeld van het Innamerapport
• Voorbeelden van Gebruiksschade
• Voorbeelden van Inleverschade
Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950
1 Definities
In de voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1 Centraal Beheer
Centraal Beheer Schadeverzekering N.V., gevestigd te Apeldoorn.
1.2 Verzekeringnemer
Degene met wie Centraal Beheer de verzekeringsovereenkomst voor het wagenpark heeft gesloten.
1.3 Verzekerde
Degene die als zodanig wordt omschreven in de van toepassing zijnde Bijzondere Voorwaarden Wagenparkverzekeringen per verzekeringssoort.
1.4 Verzekerd object
Een op het polisblad vermeld of bij Centraal Beheer als verzekerd geregistreerd motorrijtuig of ander voertuig.
1.5 Wagenpark
De verzameling van alle verzekerde objecten.
1.6 Contractspartij van de verzekeringnemer
a. degene met wie de verzekeringnemer een overeenkomst aangaande het gebruik van één of meer verzekerde objecten heeft gesloten; en/of
b. degene voor wie de verzekeringnemer de premie van de verzekering betaalt.
1.7 Overeenkomst
De verzekeringsovereenkomst voor het wagenpark.
De verzekering is van kracht binnen Europa, alsmede in Aziatisch Turkije, Israël, Marokko, Tunesië en Algerije. De verzekering is mede van kracht gedurende professioneel vervoer van een verzekerd object, op welke wijze dan ook, in of tussen de landen van het verzekeringsgebied.
De overeenkomst wordt de eerste maal aangegaan tot de prolongatiedatum. Daarna wordt zij telkens automatisch 12 maanden verlengd, tenzij de overeenkomst tijdig is opgezegd.
4.1 De verzekeringnemer en Centraal Beheer kunnen de overeenkomst tegen de prolongatiedatum opzeggen. De opzegging dient schriftelijk te geschieden en door de geadresseerde tenminste twee maanden voor de prolongatiedatum te zijn ontvangen.
4.2 Indien de verzekeringnemer zijn verplichtingen uit de overeenkomst niet nakomt kan Centraal Beheer de overeenkomst tussentijds opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van 14 dagen.
4.3 In geval van voorlopige surséance van betaling of faillissement van de verzekeringnemer eindigt de overeenkomst op de datum waarop de voorlopige surséance van betaling wordt verleend of het faillissement wordt uitgesproken.
De verzekeringnemer dient Centraal Beheer onmiddellijk in kennis te stellen van de verleende voorlopige surséance van betaling of het uitgesproken faillissement.
4.4 Op het moment waarop de overeenkomst eindigt, ongeacht de reden daarvan, eindigt tegelijkertijd de verzekering van alle verzekerde objecten.
5.1 Van dekking zijn uitgesloten:
a. Molest
Schade of voorval, veroorzaakt door of ontstaan uit gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij van leden van enig gewapende macht.
b. Atoomkernreacties
Schade of voorval, veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe en waar de reactie is ontstaan.
c. Inbeslagneming
Schade of voorval, veroorzaakt gedurende de tijd dat het verzekerde object in beslag is genomen of wordt gebruikt krachtens besluit van een Nederlandse of vreemde overheid.
d. Verhuur en betaald vervoer
Schade of voorval, veroorzaakt terwijl het verzekerde object is verhuurd of wordt gebruikt voor vervoer van personen tegen betaling.
Deze uitsluiting geldt niet voor de verzekerde die een lease-, verhuur- of vervoermaatschappij exploiteert en als zodanig is verzekerd.
Voorts geldt deze uitsluiting niet voor vervoer tegen betaling van collega’s van en naar het werk.
e. Wijziging en ander gebruik
Schade of voorval, veroorzaakt terwijl het verzekerde object:
• een wijziging heeft ondergaan waardoor het risico wordt verzwaard;
• voor andere doeleinden wordt gebruikt dan is overeengekomen, waardoor het risico wordt verzwaard;
• voor een ander doel wordt gebruikt dan door de wet is toegestaan.
f. Onware opgave
Schade of voorval, waarover de verzekerde over het ontstaan, de aard of de omvang een onvolledige of onware opgave doet, tenzij hij aannemelijk maakt dat hem daarvan in redelijkheid geen verwijt treft.
Centraal Beheer kan zich slechts op deze uitsluiting beroepen, indien zij door het verzuim van de verzekerde in een redelijk belang is geschaad.
g. Niet nakomen verplichtingen
Schade of voorval, indien de verzekerde enige verplichting uit de voorwaarden niet of niet tijdig is nagekomen. Centraal Beheer kan zich slechts op deze uitsluiting beroepen, indien zij door het verzuim van de verzekerde in een redelijk belang is geschaad.
5.2 Het bepaalde in 5.1 onder d t/m g geldt niet voor de verzekerignemer die aan zijn verplichtingen als vermeld in artikel 6 (terhandsteling van de verzekeringsvoorwaarden) heeft voldaan en die aantoont, dat de omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ter zake van deze omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
5.3 Uitsluitingen die betrekking hebben op omstandigheden aan de zijde van de bestuurder of een passagier van het verzekerde object, kunnen (ook) worden tegengeworpen aan de contractspartij van de verzekeringnemer, die tijdens de schade of het voorval niet zelf bestuurder of passagier van het verzekerde object is geweest.
6 Terhandstelling van de verzekeringsvoorwaarden
6.1 Indien de verzekeringnemer niet de regelmatige bestuurder van het verzekerde object is, dan is hij verplicht alle van toepassing zijnde verzekeringsvoorwaarden aan de regelmatige bestuurder, vóór het eerste gebruik van het verzekerde object, ter hand te stellen. Indien echter de contractspartij van de verzekeringnemer op haar beurt evenmin de regelmatige bestuurder van het verzekerde object is, dan is de verzekeringnemer slechts verplicht de betreffende voorwaarden aan deze contractspartij ter hand te stellen.
6.2 Indien nakoming van de onder 6.1 genoemde verplichting van de verzekeringnemer redelijkerwijs niet
mogelijk is, dan is de verzekeringnemer verplicht – vóór het eerste gebruik van het verzekerde object – aan de regelmatige bestuurder, dan wel aan zijn contractspartij, schriftelijk bekend te maken, dat de verzekeringsvoorwaarden bij hem ter inzage liggen.
Indien dit redelijkerwijs van Centraal Beheer kan worden gevergd, zal zij dan op verzoek van de regelmatige bestuurder of de contractspartij van de verzekeringnemer de betreffende voorwaarden toezenden.
7.1 De verzekerde is verplicht Centraal Beheer zo spoedig mogelijk te informeren indien zich één of meer van de volgende omstandigheden voordoen:
a. de verzekeringnemer houdt op belang te hebben bij een verzekerd object;
b. de verzekerde verliest de feitelijke macht over een verzekerd object;
c. verkoop of overdracht van een verzekerd object aan een derde;
d. een verzekerd object moet als totaal verloren worden beschouwd;
e. een verzekerd object wordt overwegend in het buitenland gebruikt.
7.2 De verzekering van een verzekerd object ten aanzien waarvan zich één of meer van de onder 7.1 genoemde omstandigheden voordoen, eindigt op het moment waarop die omstandigheid of omstandigheden intreden.
7.3 Niet van toepassing
8 Aan- en afmelding van verzekerde objecten
8.1 Gedurende de looptijd van de overeenkomst kan de verzekeringnemer voertuigen die tot het wagenpark gaan behoren ter verzekering bij Centraal Beheer aanmelden, alsmede verzekerde objecten die niet meer tot het wagenpark (gaan) behoren bij Centraal Beheer afmelden.
8.2 Indien de nieuwe aanmelding(en) naar het oordeel van Centraal Beheer een ongunstige risico betreft of indien de veranderde aard of samenstelling van het wagenpark daar naar het oordeel van Centraal Beheer aanleiding toe geeft, dan behoudt Centraal Beheer zich het recht voor aan de acceptatie van de nieuwe aanmelding(en) nadere voorwaarden te stellen en/of een afwijkende premie te hanteren, dan wel - indien daarover geen overeenstemming kan worden bereikt - acceptatie van de nieuwe aanmelding(en) te weigeren.
8.3 De mogelijkheid van afmelding van verzekerde objecten kan voor de verzekeringnemer geen grond zijn om de overeenkomst in feite tussentijds te doen eindigen of om de verzekering van het wagenpark tussentijds geheel of gedeeltelijk elders onder te brengen.
8.4 De wijze van aan- en afmelden geschiedt in overleg met Centraal Beheer.
9 Wijziging van premies, tarieven en/of voorwaarden
Niet van toepassing
10 Afwijkende premie en/of voorwaarden gedurende het verzekeringsjaar
Niet van toepassing
11.1 t/m 11.5 niet van toepassing.
Alle geschillen die uit de overeenkomst voortvloeien, kunnen worden voorgelegd aan:
• de bevoegde rechter, of
• indien partijen dat overeenkomen, een commissie van scheidslieden, benoemd door de ledenraad van de Coöperatie Avéro-Centraal Beheer U.A. voor bindend advies.
Indien de verzekerde geheel of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, neemt Centraal Beheer de in redelijkheid gemaakte kosten voor haar rekening.
Kennisgevingen door Centraal Beheer geschieden rechtsgeldig aan het laatste haar bekende adres van de verzekerde.
14 Bijzondere voorwaarden per verzekeringssoort
Deze Algemene Voorwaarden zijn uitsluitend van kracht in combinatie met de Bijzondere Voorwaarden Wagenparkverzekeringen per verzekeringssoort. Indien de Bijzondere Voorwaarden een bepaling bevatten, welke ter zake van een zelfde onderwerp afwijkt van de regeling in de Algemene Voorwaarden of daarmee onverenigbaar is, gaat de bepaling uit de Bijzondere Voorwaarden voor.
Alle voorwaarden kunnen worden aangevuld of gewijzigd bij nadere overeenkomst tussen Centraal Beheer en de verzekeringnemer. Indien de nadere overeenkomst een bepaling bevat, welke ter zake van een zelfde onderwerp afwijkt van de regeling in de Algemene of Bijzondere Voorwaarden Wagenparkverzekeringen of daarmee onverenigbaar is, gaat de bepaling uit de nadere overeenkomst voor.
Deze voorwaarden zijn van kracht per 1 januari 1995.
Bijzondere Voorwaarden WA-verzekering Wagenparkverzekeringen WP-951
Deze voorwaarden gelden naast de Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950.
1 Definities
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
Verzekerde
de verzekeringnemer;
de eigenaar, de houder, de gemachtigde bestuurder, de door een verzekerd object vervoerde personen, behoudens het bepaalde in artikel 5.3;
de werkgever van de onder a en b genoemde verzekerden, indien deze krachtens artikel 170 van boek 6 van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk is voor de schade door een verzekerde veroorzaakt.
Voor de werkgever geldt de verzekering slechts, indien de verzekerde die de schade veroorzaakt zelf rechten aan de verzekering kan ontlenen en geen uitsluiting van toepassing is.
2.1 Wettelijke aansprakelijkheid
De verzekering voldoet aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen gestelde eisen. Tevens zijn de wettelijke bepalingen van de in het internationale verzekeringsbewijs genoemde landen op deze verzekering van toepassing. Verzekerd is de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerde, waartoe het gebruik van het motorrijtuig in het verkeer aanleiding kan geven. Tevens is verzekerd de schade door het motorrijtuig als zodanig veroorzaakt, anders dan in het verkeer, uitsluitend indien en voor zover voor deze schade geen dekking bestaat op enig andere verzekering van al dan niet van oudere datum. Het verzekerde bedrag, voor alle verzekerden tezamen, is ten hoogste € 2.500.000,00 per gebeurtenis.
2.2 Vervangend voertuig
Niet van toepassing
2.3 Aanhangwagen of oplegger
Meeverzekerd is het gebruik van een aan het verzekerde object gekoppelde aanhangwagen of oplegger. Xxxxxx aan de aanhangwagen of oplegger zelf is niet verzekerd.
2.4 Slepen
Het slepen van een ander voertuig is meeverzekerd. Xxxxxx aan het gesleepte voertuig zelf is niet verzekerd.
2.5 Schade aan eigen voertuigen
Meeverzekerd is schade door een verzekerd object toegebracht aan een ander voertuig van de verzekerde als gevolg van een aanrijding op de openbare weg of een openbaar terrein, als bedoeld in artikel 1 van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen. Deze dekking geldt eveneens voor voertuigen die geen eigendom van de verzekerde zijn, maar die de verzekerde, of iemand namens hem, onder zich of in gebruik heeft. Niet vergoed worden de waardevermindering van het voertuig na herstel, de kosten van vervangend vervoer en de bedrijfsschade, indien en voor zover deze schadeposten door de verzekerde zelf worden geleden.
2.6 Eigendommen publiekrechtelijk lichaam
Indien de verzekerde een publiekrechtelijk lichaam is, dan is – met uitzondering van schade aan gebouwen
– meeverzekerd schade door een verzekerd object toegebracht aan andere eigendommen van de verzekerde als gevolg van een aanrijding op de openbare weg of een openbaar terrein, als bedoeld in artikel 1 van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen.
Niet vergoed worden de waardevermindering na herstel en de bedrijfsschade.
2.7 Ladingrisico
Meeverzekerd is schade aan derden toegebracht met of door de lading, terwijl deze zich bevindt op, wordt vervoerd met, valt van of nadat deze is gevallen van het verzekerde object, tenzij de schade wordt veroorzaakt tijdens laden of lossen.
2.8 Zekerheidsstelling
Indien een buitenlandse overheid ter waarborging van de rechten van benadeelden een zekerheidsstelling verlangt voor:
• het opheffen van een op een verzekerd object gelegd beslag; of
• de invrijheidsstelling van een verzekerde;
wordt de zekerheidsstelling verstrekt tot ten hoogste een bedrag van € 50.000,- per gebeurtenis. Centraal Beheer is hiertoe alleen gehouden indien de verzekerde rechten aan de verzekering kan ontlenen. De verzekerde is verplicht Centraal Beheer te machtigen over de zekerheidsstelling te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven. Voorts dient hij alle medewerking te verlenen om de terugbetaling te verkrijgen.
2.9 Proceskosten en bijstand
Indien tegen een verzekerde een strafvervolging wordt ingesteld kan Centraal Beheer hem - indien de verzekerde daarmee instemt - door een door haar aangewezen raadsman doen bijstaan. De kosten van deze raadsman komen alsdan voor rekening van Centraal Beheer, indien en voor zover deze op grond van artikel 591a Wetboek van Strafvordering of enig andere wettelijke bepaling niet van staatswege worden vergoed. Boeten, transactiebedragen en enig andere met de strafvervolging samenhangende kosten worden niet vergoed. De verzekerde, die door de wederpartij in rechte wordt aangesproken tot vergoeding van schade, is verplicht de feitelijke leiding van het proces over te laten aan Centraal Beheer en dient de door haar aangewezen gemachtigde alle benodigde volmachten te verlenen. De kosten van deze rechtsbijstand komen voor rekening van Centraal Beheer.
3.1 Van de dekking zijn uitgesloten:
a. Wedstrijden en snelheidsproeven
Schade ontstaan tijdens het deelnemen aan wedstrijden en snelheidsproeven, tenzij het gaat om puzzelritten waarbij het snelheidselement niet overweegt, met inbegrip van alle daaruit voortvloeiende schade.
b. Onbevoegde bestuurder
Schade veroorzaakt, terwijl de bestuurder van het verzekerde object:
• geen voor het verzekerde object wettelijk in Nederland voorgeschreven geldig rijbewijs bezit;
• de rijbevoegdheid is ontzegd;
of niet voldoet aan andere door of krachtens de wet gestelde bepalingen ter zake van de bevoegdheid tot het besturen van een verzekerd object.
c. Opzet
Schade die voor de verzekerde het beoogde of zekere gevolg is van zijn handelen of nalaten, met in begrip van alle daaruit voortvloeiende schade. Afgezien hiervan zal Centraal Beheer geen beroep doen inzake eigen schuld.
d. Eigen en vervoerde zaken; opzicht
Behoudens het bepaalde in artikel 2.5 en 2.6 schade, met inbegrip van alle daaruit voortvloeiende schade, aan roerende en onroerende zaken:
• die de verzekerde in eigendom toebehoren;
• die door het verzekerde object worden vervoerd;
• die de verzekerde, of iemand namens hem, onder zich of in gebruik heeft uit hoofde van:
- een huur-, huurkoop-, lease-, pacht- of pandovereenkomst of vruchtgebruik (waaronder het recht van gebruik en bewoning);
- de uitoefening van een (neven)bedrijf of (neven) beroep, het verrichten van handenarbeid anders dan bij wijze van vriendendienst, en het vervullen van militaire of burgerlijke dienstplicht;
- die de verzekerde, of iemand namens hem, onrechtmatig onder zich of in gebruik heeft
e. Letsel
Letselschade, toegebracht aan de bestuurder van het verzekerde object dat de schade veroorzaakt. Letselschade, toegebracht aan een passagier, terwijl deze zich op of in het verzekerd object bevindt, anders dan op een wettelijk toegestane zit- of staanplaats.
f. Diefstal/geweldpleging
Schade die het gevolg is van de aansprakelijkheid van hen die zich door diefstal of geweldpleging de macht over een verzekerd object hebben verschaft en van hen die, dit wetende, een verzekerd object zonder geldige reden gebruiken, met inbegrip van alle daaruit voortvloeiende schade.
g. Gebruik als werktuig
Schade ontstaan terwijl het verzekerde object wordt gebruikt als werktuig met inbegrip van alle daaruit voortvloeiende schade.
h. Contractuele aansprakelijkheid
De aansprakelijkheid van de verzekerde die voortvloeit uit een door of namens hem aangegane contractuele verplichting, met inbegrip van alle daaruit voortvloeiende schade.
3.2 Het bepaalde in onder 3.1 onder a t/m c en e, de tweede zin, geldt niet voor de verzekeringnemer die aan de verplichtingen als vermeld in artikel 6 van de Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950 (terhandstelling van de verzekeringsvoorwaarden) heeft voldaan en aantoont dat de omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ter zake van deze omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
3.3 Uitsluitingen die betrekking hebben op omstandigheden aan de zijde van de bestuurder of een passagier van het verzekerde object, kunnen (ook) worden tegengeworpen aan de contractspartij van de verzekeringnemer, die tijdens de schade of het voorval niet zelf bestuurder of passagier van het verzekerde object is geweest.
Schademelding
4.1 De verzekerde is verplicht elke gebeurtenis waaruit voor Centraal Beheer een verplichting tot schadevergoeding kan voortvloeien zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is te melden bij Centraal Beheer. Voorts dient hij vragen van Centraal Beheer zo spoedig mogelijk en naar waarheid te beantwoorden.
4.2 aansprakelijkstellingen en dagvaardingen, dient de verzekerde onmiddellijk en onbeantwoord aan Centraal Beheer door te zenden.
4.3 Uitsluitend Centraal Beheer kan aansprakelijkheid erkennen. De verzekerde is verplicht zich daarvan te onthouden. De beslissingen van Centraal Beheer zijn bindend.
5.1 Indien krachtens de voorwaarden een uitsluiting van toepassing is, maar Centraal Beheer niettemin schadevergoeding verschuldigd wordt op grond van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen of een daarmee overeenstemmende buitenlandse wet, kan Centraal Beheer de door haar betaalde schadevergoeding verhalen op:
• degene voor wie de uitsluiting geldt;
• de verzekeringnemer, behoudens het bepaalde in artikel 3.2 van deze voorwaarden en artikel 5.2 Algemene Voorwaarden WP-950.
5.2 Indien de dekking is beëindigd of opgeschort, omdat de verzekeringnemer niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan, maar Centraal Beheer vanwege een gebeurtenis na de beëindiging of de opschorting niettemin schadevergoeding verschuldigd wordt op grond van de Wet Aansprakelijkheids-verzekering Motorrijtuigen of een daarmee overeenstemmende buitenlandse wet, kan Centraal Beheer de door haar betaalde schadevergoeding verhalen op de verzekeringnemer.
5.3 Indien Centraal Beheer op grond van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen schadevergoeding verschuldigd wordt wegens een gebeurtenis, optredende gedurende de periode dat het verzekerde object tegen betaling stond gestald of in reparatie, onderhoud of dergelijke behandeling was, behoudt Centraal Beheer zich recht van verhaal voor op de aansprakelijke persoon en op degene in wiens dienst deze stond. Deze personen worden uitdrukkelijk niet als verzekerde beschouwd. Deze bepaling geldt niet indien de stalling, de reparatie, het onderhoud of dergelijke behandeling in eigen beheer van de verzekerde heeft plaatsgevonden.
Niet van Toepassing
Wij verwijzen hiervoor naar het document ‘WagenPlan Car Lease Hulpdienst’ . Deze voorwaarden zijn van kracht per 1 januari 1995.
Bijzondere Voorwaarden Motorrijtuig Rechtsbijstandverzekering Wagenparkverzekeringen WP-954
Deze voorwaarden gelden, mits van toepassing verklaard in de verzekeringsovereenkomst, naast de Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950.
1 Definities
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1 Verzekerde
a. de verzekeringnemer;
b. de gemachtigde bestuurder van het verzekerde object en de passagiers, die gerechtigd zijn als zodanig van het verzekerde object gebruik te maken;
c. de nagelaten betrekkingen van de verzekerde, voor zover zij een vordering tot voorziening in de kosten van levensonderhoud kunnen instellen.
1.2 Verzekerd object
Het op het polisblad of bij Centraal Beheer als verzekerd geregistreerd motorrijtuig of ander voertuig.
De verzekering is ook van toepassing op een vervangend, al dan niet aan de verzekeringnemer toebehorend, gelijksoortig voertuig. Het eigen voertuig moet dan door reparatie, revisie of een dergelijke behandeling tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Met betrekking tot gebeurtenissen waarbij de verzekerde als bestuurder of passagier van het verzekerde object is betrokken, wordt rechtsbijstand uitsluitend verleend ter zake van:
a. Verhaalsrechtsbijstand
wanneer de verzekerde aanspraken op schadevergoeding jegens wettelijk aansprakelijke derden wil doen gelden, dan is dat beperkt tot het verhalen van materiele schade aan het voertuig.
b. Contractrechtsbijstand
Niet van toepassing.
c. Strafrechtsbijstand
Niet van toepassing.
d. Belangenbehartiging
Niet van toepassing.
De verzekering is geldig voor gebeurtenissen in Europa, Aziatisch Turkije, Israël, Marokko, Tunesië en Algerije, mits uitsluitend de rechter van één van die landen bevoegd is en tevens het recht van één van die landen van toepassing is. De verzekering is ook geldig gedurende het vervoer van het verzekerde object in of tussen de landen van het verzekerings-gebied.
Centraal Beheer heeft de beoordeling en de behandeling van de door de verzekerde aangemelde gevallen overgedragen aan de Stichting Centraal Beheer Rechtsbijstand, hierna te noemen: de Stichting.
Centraal Beheer garandeert nakoming door de Stichting van de in de voorwaarden genoemde verplichtingen.
5.1 Aanspraak op rechtsbijstand
De verzekering geeft de verzekerde aanspraak op rechtsbijstand, zoals in de voorwaarden omschreven, indien zich tijdens de verzekeringsduur en na een eventuele wachttijd een gebeurtenis voordoet, die voor de verzekerde zelf een juridisch probleem doet ontstaan.
5.2 Omschrijving rechtsbijstand
Rechtsbijstand houdt in: de gebeurtenis die de verzekerde heeft aangemeld voor rekening van de Stichting op zijn juridische gevolgen onderzoeken en hem ter zake adviseren, dan wel de nodige (rechts)maatregelen nemen of doen nemen, tenzij de kans om daarmee het beoogde resultaat te bereiken te gering is.
5.3 Gebeurtenis
Met gebeurtenis wordt bedoeld een bij het sluiten van de verzekering onverwacht en redelijkerwijs niet te voorzien voorval. Een reeks van met elkaar verband houdende voorvallen wordt als één gebeurtenis aangemerkt, die geacht wordt te hebben plaatsgevonden op het moment van het eerste voorval uit de reeks.
6 Melden van de gebeurtenis en verplichtingen van de verzekerde
Zodra de verzekerde kennis draagt van een gebeurtenis die voor de Stichting kan leiden tot een verplichting om rechtsbijstand te verlenen, is hij verplicht de Stichting:
• de gebeurtenis zo spoedig mogelijk te melden;
• zo spoedig mogelijk alle gegevens te verstrekken en stukken door te zenden;
• zijn volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van de Stichting zou kunnen benadelen.
De verzekering geeft geen dekking, indien de verzekerde één van deze verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de Stichting heeft geschaad, dan wel wanneer de verzekerde een ander met de behartiging van zijn belangen heeft belast. In elk geval vervalt het recht op rechtsbijstand, indien de aanmelding niet plaats vindt binnen één jaar na de gebeurtenis die voor de Stichting tot een verplichting kan leiden.
7 Behandeling van de zaak en verplichtingen van de Stichting
7.1 In- en externe deskundigen
De rechtsbijstand wordt verleend door deskundigen in dienst van de Stichting of door externe deskundigen, indien de Stichting dit wenselijk en/of noodzakelijk acht. Met externe deskundigen worden bedoeld advocaten en andere terzake kundigen, die krachtens toepasselijke regels inzake procesbevoegdheid in de (eventuele) gerechtelijke of administratieve procedure de noodzakelijke rechtsbijstand mogen verlenen.
Ingeval een externe deskundige voor het verlenen van rechtsbijstand wordt ingeschakeld, heeft de verzekerde het recht deze zelf te kiezen. Heeft de verzekerde geen voorkeur dan kiest de Stichting.
7.2 Geschil tussen verzekerden
Het recht om voor het verlenen van rechtsbijstand een externe deskundige te kiezen heeft de verzekerde even eens, indien zowel de verzekerde als diens wederpartij jegens de Stichting aanspraak op rechtsbijstand hebben voor de behandeling van het tussen hen beiden gerezen en bij de Stichting aangemelde geschil.
7.3 Opdracht aan externe deskundige
De opdracht aan een externe deskundige wordt uitsluitend namens de verzekerde door de Stichting gegeven.
7.4 Externe deskundigen binnenland
Gaat het om een zaak, waarin de Nederlandse rechter bevoegd is, dan komen uitsluitend deskundigen in aanmerking, die in Nederland zijn ingeschreven en aldaar kantoor houden.
7.5 Externe deskundigen buitenland
Gaat het om een zaak waarin een buitenlandse rechter bevoegd is, dan komen uitsluitend externe deskundigen in aanmerking, die bij het betreffende buitenlandse gerecht staan ingeschreven.
7.6 Eén externe deskundige
De Stichting is nimmer verplicht voor het verlenen of voortzetten van rechtsbijstand tegelijkertijd of achtereenvolgens voor haar rekening meer dan één externe deskundige in te schakelen.
7.7 Betalingsafspraken met externe deskundige
De Stichting is niet gebonden aan betalingsafspraken, die door de verzekerde met een externe deskundige zijn gemaakt.
7.8 Aansprakelijkheid voor externe deskundige
De Stichting is niet aansprakelijk voor schade, welke ontstaat door of in verband met de behandeling van een zaak door een externe deskundige.
8 Verzekerde kosten van rechtsbijstand
8.1 Verzekerde kosten en bedragen
Voor rekening van de Stichting komen:
a. de kosten van advies en behandeling door de eigen deskundigen van de Stichting;
b. de kosten van de door de Stichting ingeschakelde advocaat of andere deskundige en van de in diens opdracht in overleg met de Stichting genomen maatregelen;
c. de kosten van getuigen, voor zover door de rechter toegewezen;
d. de proceskosten van de verzekerde en van de tegenpartij, voor zover die krachtens een onherroepelijk vonnis ten laste van de verzekerde komen;
e. de kosten van het ten uitvoer leggen van een vonnis gedurende maximaal 5 jaar, nadat dit vonnis onherroepelijk is geworden;
f. de noodzakelijke reis- en verblijfkosten van verzekerde, als zijn persoonlijk verschijnen voor een gerecht bevolen of dringend gewenst is.
De kosten van rechtsbijstand komen tot de in de voorwaarden en/of op het polisblad vermelde bedragen voor rekening van de Stichting. De kosten genoemd onder a van dit artikel blijven hierbij buiten beschouwing.
8.2 Gering financieel belang
Indien de Stichting van mening is dat het financieel belang de te maken kosten niet rechtvaardigt, is zij gerechtigd, in plaats van (verder) rechtsbijstand te verlenen, de verzekerde een bedrag in geld aan te bieden ter hoogte van het financieel belang.
8.3 Gedeeltelijke dekking
Indien het rechtsprobleem gedeeltelijk onder de omvang van de dekking van de verzekering valt, worden de aan het verlenen van rechtsbijstand verbonden kosten door de Stichting naar evenredigheid vergoed.
8.4 Vergoeding bij belangen van anderen
Bij een actie door één of meer verzekerden waarbij anderen rechtstreeks belang hebben, vergoedt de Stichting per verzekerde alleen de kosten van rechtsbijstand in verhouding tot het aantal belanghebbenden.
8.5 Kostenveroordeling wederpartij
Indien bij een proces, arbitrage of bindend advies de wederpartij tot vergoeding van kosten wordt veroordeeld, komt het bedrag van deze kosten, voor zover deze voor rekening van de Stichting zijn gekomen, ten gunste van de Stichting.
8.6 Opzettelijk strafbaar feit
Niet van toepassing
8.7 BTW
Indien de verzekerde de BTW kan verrekenen met door hem verschuldigde BTW-afdrachten, komt deze niet voor vergoeding in aanmerking.
8.8 Vergoedingen van elders
Indien de verzekerde elders vergoeding kan verlangen van de kosten van rechtsbijstand op grond van een onherroepeljk vonnis of op grond van wettelijke bepalingen, zoals de artikelen 591 en 591a Wetboek van Strafvordering, komen deze kosten niet voor vergoeding in aanmerking uit deze verzekering. Zo nodig zal de Stichting deze voorschieten. De Stichting zal de verzekerde bijstand verlenen bij het terugvragen of verhalen van voorgeschoten kosten van rechtsbijstand.
8.9 Boetes
Onder de kosten van rechtsbijstand zijn niet inbegrepen aan de verzekerde opgelegde geldstraffen, boetes en dwangsommen.
Indien de verzekerde schade aan zaken lijdt die: niet verhaalbaar is op de aansprakelijke tegenpartij wegens diens onvermogen, en in Nederland is veroorzaakt door een in Nederland woonachtige tegenpartij, en niet op andere wijze vergoeding verkrijgbaar is, vergoedt de Stichting deze schade tot maximaal
€ 500,- per gebeurtenis.
Indien door een buitenlandse overheid met betrekking tot een in de voorwaarden verzekerde gebeurtenis het stellen van zekerheid wordt verlangd voor:
• de invrijheidstelling van de verzekerde, of het opheffen van een beslag op het verzekerde object, zal de Stichting deze voorschieten tot een bedrag van maximaal € 12.500,- per gebeurtenis, mits deze zekerheidstelling niet krachtens andere overeenkomsten te verkrijgen is. De verzekerde is verplicht de Stichting te machtigen over de zekerheidstelling te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven en alle medewerking te verlenen om terugbetaling te verkrijgen.
De Stichting is niet verplicht tot het verlenen van rechtsbijstand en/of vergoeding van kosten:
a. wanneer zonder voorafgaande toestemming van of in overleg met de Stichting een advocaat of andere deskundige is ingeschakeld;
b. ter zake van verbintenissen voortvloeiende uit borgtocht, schuldvernieuwing, xxxxxx, vrijwaring of subrogatie;
c. verband houdende met fiscale kwesties, zoals belastingrecht, retributies, accijnzen;
d. bij geschillen tusen medeverzekerden onderling krachtens dezelfde polis. In gevallen waarin een tegenstrijdig belang tussen de verzekeringnemer en één van de personen die als medeverzekerde rechten aan de verzekering kan ontlenen, naar voren komt, behartigt de Stichting uitsluitend de belangen van de verzekeringnemer;
e. als de feitelijke bestuurder:
• geen voor het verzekerde object wettelijk voorgeschreven en geldig rijbewijs bezit
• de rijbevoegdheid is ontzegd;
• de voorgeschreven leeftijd voor het besturen van het verzekerde object nog niet heeft bereikt.
f. voor schade geleden door al dan niet betalende passagiers van een bus, ingericht voor het vervoer van meer dan acht personen, de bestuurder daaronder niet begrepen.
Het bepaalde onder e van dit artikel geldt niet voor de verzekerde, die aantoont dat de omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaaan en dat hem met betrekking tot deze omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
12.1 Indien de verzekerde en de Stichting van mening verschillen over de te volgen gedragslijn bij de behandeling van een juridisch probleem, waarvoor de verzekerde aanspraak heeft op rechtsbijstand, zal dit meningsverschil op kosten van de Stichting ter beslissing worden voorgelegd aan een door de verzekerde te kiezen advocaat. De Stichting zendt de aan partijen bekende stukken aan de advocaat, die op basis daarvan zijn standpunt bepaalt en dit gemotiveerd schriftelijk aan de verzekerde en de Stichting toelicht. Indien de advocaat het met de verzekerde eens is, wordt de behandeling van de zaak met inachtneming van dat oordeel voortgezet. Indien de advocaat het met de verzekerde niet eens is, kan de verzekerde de zaak aan zich trekken. Bereikt hij het door hem beoogde resultaat alsnog, dan vergoedt de Stichting de door de verzekerde gemaakte kosten van rechtsbijstand, voor zover die voor zijn rekening zijn gekomen.
12.2 Alle andere geschillen die mochten ontstaan naar aanleiding van de uitleg en de toepassing van de voorwaarden kunnen, met uitzondering van die genoemd in lid 1 van dit artikel, binnen zes maanden na mededeling van het standpunt van de Stichting, worden voorgelegd aan de bevoegde rechter. Indien de verzekerde definitief geheel of gedeeltelijk in het gelijk is gesteld, komen alle redelijkerwijs gemaakte kosten voor rekening van de Stichting.
Deze voorwaarden zijn van kracht per 1 januari 1995.
Bijzondere Voorwaarden Ongevallenverzekering voor inzittenden Wagenparkverzekeringen WP-955
Deze voorwaarden gelden naast de Algemene Voorwaarden Wagenparkverzekeringen WP-950.
1 Definities
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1 Motorrijtuig
a. Het op het polisblad vermelde of bij Centraal Beheer als verzekerd geregistreerde motorrijtuig.
b. Een vervangend, gelijksoortig motorrijtuig, indien het oorspronkelijke motorrijtuig voor reparatie, onderhoud of dergelijke behandeling tijdelijk buiten gebruik is.
1.2 Verzekerde
Een inzittende van het motorrijtuig, de bestuurder daaronder begrepen, die gerechtigd is als zodanig van het motorrijtuig gebruik te maken. Onder die voorwaarde geldt ook als inzittende hij die in of uit het motorrijtuig stapt en hij die onderweg het motorrijtuig in verband met een defect van het motorrijtuig heeft verlaten en zich nog in de onmiddellijke nabijheid van het motorrijtuig bevindt.
1.3. Ongeval
Een in verband met de verkeersdeelneming van het motorrijtuig plotseling en rechtstreeks, onafhankelijk van de wil van de verzekerde, van buiten inwerkend fysiek geweld, dat een in aard en plaats geneeskundig vast te stellen lichamelijk letsel of overlijden tot gevolg heeft.
Verzekerde bedragen
Centraal Beheer zal per ongeval uitkering doen voor de in deze 0voorwaarden genoemde verzekerde risico’s tot maximaal 100 % van de daarvoor geldende verzekerde bedragen per verzekerde.
3.1 Overlijden
a. Recht op uitkering
Er bestaat recht op uitkering, indien de verzekerde binnen twee jaar na een ongeval als bedoeld in artikel 1.3 overlijdt als direct en uitsluitend gevolg van het in aard en plaats geneeskundig vast te stellen lichamelijk letsel, dat de verzekerde - uitsluitend als gevolg van dat ongeval - is overkomen.
b. Omvang van de uitkering
Uitgekeerd wordt het volle verzekerde bedrag voor overlijden, onder aftrek van eventueel krachtens deze verzekering reeds gedane uitkeringen voor blijvende invaliditeit.
c. Leeftijdsbeperking
Voor verzekerden die ten tijde van het ongeval de leeftijd van 16 jaar nog niet hadden bereikt of die de leeftijd van 70 jaar reeds hadden bereikt wordt maximaal € 3000,00 per verzekerde uitgekeerd. Deze beperking geldt niet, indien de overledene kostwinnaar was van de uitkeringsgerechtigde(n).
3.2 Blijvende invaliditeit
a. Recht op uitkering
Er bestaat recht op uitkering in geval van blijvend (functie)verlies of blijvende onbruikbaarheid van lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens, indien en voor zover dit direct en uitsluitend het gevolg is van het in aard en plaats geneeskundig vast te stellen lichamelijk letsel, dat de verzekerde - uitsluitend als gevolg van een ongeval als bedoeld in artikel 1.3 - is overkomen, en deze blijvende invaliditeit is ontstaan binnen twee jaar na dat ongeval.
b. Omvang van de uitkering
In geval van blijvende invaliditeit worden aan de getroffen verzekerde de volgende percentages van het verzekerde bedrag uitgekeerd, met dien verstande dat de uitkering nooit meer dan 100 % van het verzekerde bedrag zal bedragen:
• bij verlies van de hierna genoemde lichaamsdelen:
- arm tot in het schoudergewricht 75%
- arm tot in het ellebooggewricht 65%
- hand tot in het polsgewricht 60%
- been tot in het heupgewricht 70%
- been tot in het kniegewricht 0%
- voet tot in het enkelgewricht 50%
• bij blijvend volledig (functie)verlies of blijvende volledige onbruikbaarheid van de hierna genoemde lichaamsdelen:
- arm tot in het schoudergewricht 75%
- arm tot in het ellebooggewricht 65%
- arm tussen elleboog- en schoudergewricht 65%
- arm tussen pols- en ellebooggewricht 60%
- hand tot in het polsgewricht 60%
- been tot in het heupgewricht 70%
- been tot in het kniegewricht 60%
- been tussen knie- en heupgewricht 60%
- been tussen enkel- en kniegewricht 50%
- voet tot in enkelgewricht 50%
• bij blijvend volledig (functie)verlies of blijvende volledige onbruikbaarheid van de hierna genoemde lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens:
- duim 25%
- wijsvinger 15%
- ringvinger of pink 10%
- Bij blijvend volledig (functie)verlies of blijvende volledige onbruikbaarheid van meer dan één vinger van een hand wordt maximaal 60 % van het verzekerde bedrag uitgekeerd.
- grote teen 8%
- andere tenen dan de grote teen 4%
- het gezichtsvermogen van een oog 30%
- het gezichtsvermogen van beide ogen 100%
- het gehoor van een oor 20%
- het gehoor van beide oren 50%
- het reuk- en smaakvermogen 20%
- het verlies van het sexuele vermogen,
echter behoudens het bepaalde onder c van dit artikel 25%
• bij de hierna genoemde letsels of combinatie van letsels:
- totaal verlies van geestelijke vermogens,
echter behoudens het bepaalde onder c van dit artikel 100%
- verlies van beide armen of handen 100%
- verlies van beide benen of voeten 100%
- verlies van een arm of hand, tezamen met
een been of voet 100%
In geval van blijvende invaliditeit van de verzekerde als gevolg van letsel of een combinatie van letsels, niet als zodanig in het voorgaande omschreven, is het uitkeringspercentage van het verzekerde bedrag gelijk aan het percentage blijvende functionele invaliditeit, vastgesteld volgens algemeen aanvaarde objectieve medische maatstaven. Daarbij blijven het beroep of de bezigheden van de verzekerde buiten beschouwing.
c. Psychisch letsel
Geen uitkering vindt plaats in geval van verlies van geestelijke of kennende vermogens, anders dan veroorzaakt door, volgens algemeen aanvaarde neurologische opvattingen, aantoonbaar organisch letsel van het centrale zenuwstelsel. Evenmin vindt uitkering plaats bij geheel of gedeeltelijk functieverlies of geheel of gedeeltelijke onbruikbaarheid van lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens, uitsluitend als gevolg van psychische stoornissen.
d. Kosmetische afwijkingen
Geen uitkering vindt plaats op grond van blijvende kosmetische afwijkingen zonder functionele beperkingen.
e. Predispositie
Voor het geheel of gedeeltelijk (functie)verlies of geheel of gedeeltelijke onbruikbaarheid van lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens, die reeds voor het ongeval onbruikbaar of gebrekkig waren, vindt slechts uitkering plaats, indien en voor zover dit (functie)verlies of deze onbruikbaarheid de reeds voor het ongeval bestaande invaliditeit te boven gaat.
f. Vaststelling uitkeringspercentage
De vaststelling van het uitkeringspercentage geschiedt door de medisch adviseur van Centraal Beheer op basis van de als definitief erkende toestand van de getroffen verzekerde, voor zover mogelijk binnen twee jaar na het ongeval.
g. Medische expertise
Indien de medisch adviseur van Centraal Beheer medische expertise noodzakelijk acht om het uitkeringspercentage te kunnen vaststellen, is de verzekerde verplicht hieraan zijn medewerking te verlenen. De verzekerde dient zich daartoe door een in goed overleg nader aan te wijzen arts te laten onderzoeken of voor onderzoek te laten opnemen in een in goed overleg nader aan te wijzen inrichting
h. Geschillen
Indien de getroffen verzekerde zich niet met het vastgestelde uitkeringspercentage kan verenigen, dan kunnen de verzekerde en Centraal Beheer in goed overleg een (andere) deskundige benoemen. De bevindingen van deze deskundige zijn alsdan bindend voor beide partijen. De kosten van deze deskundige komen voor rekening van Centraal Beheer.
3.3 Uitkering naar evenredigheid
Indien het aantal inzittenden, de bestuurder niet meegerekend, groter is dan acht, worden de uitkeringen, met uitzondering van de voor de bestuurder bestemde uitkering, naar evenredigheid van het aantal getroffen inzittenden verminderd.
4.1 Van de dekking zijn uitgesloten:
a. Wedstrijden en snelheidsproeven
Ongevallen, ontstaan tijdens het deelnemen aan wedstrijden en snelheidsproeven, tenzij het gaat om puzzelritten waarbij het snelheidselement niet overweegt.
b. Opzet
Ongevallen, veroorzaakt door opzet of voorwaardelijk opzet van de verzekerde aan wie het ongeval is overkomen of van iemand die bij de uitkering belang heeft. Onder voorwaardelijk opzet wordt verstaan het willens en wetens aanvaarden van de kwade kans op een ongeval, anders dan gedurende de normale deelneming aan het verkeer. Voorts zijn van de dekking uitgesloten ongevallen die ontstaan bij, voortvloeien uit of - in ruime zin - verband houden met een door de verzekerde aan wie het ongeval is overkomen, of door iemand die bij de uitkering belang heeft, opzettelijk of met voorwaardelijk opzet gepleegd misdrijf.
c. Onbevoegde bestuurder
Ongevallen, veroorzaakt terwijl de feitelijke bestuurder:
geen voor het verzekerde object wettelijk in Nederland voorgeschreven geldig rijbewijs bezit; de rijbevoegdheid is ontzegd of niet voldoet aan andere door of krachtens de wet gestelde bepalingen ter zake van de bevoegdheid tot het besturen van een motorrijtuig.
d. Rijden onder invloed
Ongevallen veroorzaakt, terwijl de feitelijke bestuurder onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig bedwelmend middel verkeerde, dat het besturen van het motorrijtuig hem door de wet is of zou zijn verboden.
e. Plaatsen passagiers
Ongevallen, overkomen aan personen, die zich buiten de bestuurderscabine op of in het motorrijtuig bevinden, anders dan op wettelijk toegestane zitplaatsen.
4.2 De uitsluitingen genoemd onder ‘onbevoegde bestuurder’ en ‘rijden onder invloed’ gelden niet voor de verzekerde die aantoont, dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem terzake van deze omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
5.1 Melding van het ongeval
De verzekeringnemer is verplicht een ongeval dat tot uitkering uit hoofde van deze verzekering kan leiden zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is bij Centraal Beheer aan te melden. Daarbij dient een nauwkeurige omschrijving van het ongeval te worden overlegd met zo mogelijk vermelding van de oorzaken en de gevolgen. Is de verzekerde door een ongeval overleden, dan dient de melding te geschieden binnen
2 x 24 uur, bij voorkeur telefonisch, telegrafisch of via de fax.
5.2 Verplichtingen van de verzekerde
a. De verzekerde is verplicht, indien hem een ongeval overkomt, zich zo spoedig mogelijk onder geneeskundige behandeling te stellen en volledig aan zijn herstel mee te werken.
b. De getroffen verzekerde is verplicht aan Centraal Beheer of een door haar aangewezen arts alle gewenste inlichtingen volledig en naar waarheid te verstrekken.
c. De verzekeringnemer en/of degene, die aanspraak maakt op uitkering wegens overlijden, zijn verplicht toestemming te verlenen tot en medewerking te verlenen aan alle maatregelen, die Centraal Beheer nodig oordeelt ter vaststelling van de doodsoorzaak.
5.3. Centraal Beheer heeft het recht uitkering te weigeren, indien de verplichtingen als vermeld in artikel 5.1 en/of
5.2 niet zijn of worden nagekomen.
6.1 Betaling binnen 14 dagen
Indien recht op uitkering bestaat zal Centraal Beheer binnen 14 dagen na vaststelling van de uitkering tot betaling aan de uitkeringsgerechtigde(n) overgaan.
6.2 Betaalbaarstelling
De uitkering zal door Centraal Beheer betaalbaar worden gesteld aan de getroffen verzekerde, dan wel - in geval van overlijden - rechtstreeks ten behoeve van de nalatenschap van de overledene. In het laatste geval dient door de uitkeringsgerechtigde(n) een akte van overlijden en een akte van erfrecht te worden overlegd.
6.3 Verjaring
Rechtsvorderingen tot betaling van een uitkering die door Centraal Beheer wordt afgewezen verjaren na verloop van één jaar na de schriftelijke afwijzing door Centraal Beheer.
Deze voorwaarden zijn van kracht per 1 januari 1995.
Productvoorwaarden Bedrijfswagens Rubriek 9 Schadeverzekering voor inzittenden
1 Aanvullende Begripsomschrijvingen
1.1 Motorrijtuig
a. het in het polisblad vermelde of bij de maatschappij als verzekerd geregistreerd motorrijtuig.
b. een vervangend, gelijksoortig motorrijtuig, indien het oorspronkelijke motorrijtuig voor reparatie, onderhoud of dergelijke behandeling tijdelijk buiten gebruik is.
1.2 Verzekerde
Een in/opzittende van het motorrijtuig, de bestuurder daaronder begrepen, die gerechtigd is als zodanig van het voertuig gebruik te maken. Onder die voorwaarde geldt ook als in/ opzittende hij die in, uit of van het motorrijtuig stapt en hij die onderweg het motorrijtuig in verband met een defect van het motorrijtuig heeft verlaten en zich nog in de onmiddellijke nabijheid van het motorrijtuig bevindt.
1.3 Ongeval
Een in verband met de verkeersdeelneming van het motorrijtuig, plotseling en rechtstreeks, onafhankelijk van de wil van de verzekerde, van buiten inwerkend fysiek geweld, dat een in aard en plaats geneeskundig vast te stellen lichamelijk letsel of overlijden tot gevolg heeft.
1.4 Nabestaanden
De in artikel 6:108 BW genoemde gerechtigden op schadevergoeding bij overlijden.
1.5 Schade
a. schade aan personen; schade voortvloeiende uit letsel of aantasting van de gezondheid van verzekerde, al dan niet de dood tot gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
b. schade aan zaken; schade, voortvloeiend uit beschadiging of vernietiging van zich in en/of op het motorrijtuig bevindende zaken, voor zover deze niet tot de standaard uitrusting, accessoires en/of bijzondere constructies van het motorrijtuig dan wel enige handelsvoorraad behoren.
Verzekerd is:
a. de door de inzittende/ opzittende verzekerde als gevolg van een ongeval geleden personen- en zaakschade.
b. de personenschade is verzekerd tot een maximum van EUR 1.000.000 per gebeurtenis voor alle verzekerden samen. De zaakschade is verzekerd tot een maximum van EUR 5.000 per gebeurtenis voor alle verzekerden samen. Bij overschrijding van deze bedragen zal de schadevergoeding naar evenredigheid van hun schade over de rechthebbende verzekerden verdeeld worden.
3.1 Niet verzekerd is:
a. Wedstrijden en snelheidsproeven
Ongevallen, ontstaan tijdens het deelnemen aan wedstrijden, snelheidsproeven en behendigheidsritten, tenzij het gaat om puzzelritten waarbij het snelheidselement niet overweegt.
b. Opzet
Ongevallen, veroorzaakt door opzet of voorwaardelijk opzet van de verzekerde aan wie het ongeval is overkomen of van iemand die bij de uitkering belang heeft. Onder voorwaardelijk opzet wordt verstaan het willens en wetens aanvaarden van de kwade kans op een ongeval, anders dan gedurende de normale deelneming aan het verkeer. Voorts zijn van de dekking uitgesloten ongevallen die ontstaan bij, voortvloeien uit of- in ruime zin- verband houden met een door de verzekerde aan wie het ongeval is overkomen, of door iemand die bij de uitkering belang heeft, opzettelijk of met voorwaardelijk opzet gepleegd misdrijf.
c. Onbevoegde bestuurder
Ongevallen, veroorzaakt terwijl de feitelijk bestuurder:
• geen voor het verzekerde object wettelijk in Nederland voorgeschreven geldig rijbewijs beschikt;
• de rijbevoegdheid is ontzegd;
• niet voldoet aan andere door of krachtens de wet gestelde bepalingen ter zake van de bevoegdheid tot het besturen van een motorrijtuig.
d. Rijden onder invloed
Ongevallen veroorzaakt, terwijl de feitelijke bestuurder onder zodanige invloed verkeerde, dat het besturen van het motorrijtuig door de wet is of zou zijn verboden.
e. Plaatsen passagiers
Ongevallen, overkomen aan personen, die zich buiten de bestuurderscabine op of in het motorrijtuig bevinden, anders dan op wettelijk toegestane zitplaatsen. De uitsluitingen genoemd onder ‘onbevoegd’ bestuurder en ‘rijden onder invloed’ gelden niet voor de verzekerde die aantoont, dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem terzake in redelijkheid geen verwijt treft.
4.1 Omvang van de schadevergoeding
De maatschappij vergoedt als gevolg van een gedekte gebeurtenis:
a. de zaakschade; de reparatiekosten van de beschadigde zaak tot maximaal de dagwaarde verminderd met de waarde van de restanten.
b. de personenschade; de vaststelling van de omvang van de vergoeding zal plaatsvinden overeenkomstig de bepalingen van afdeling 10 van titel 1 boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.
4.2 Veiligheidsgordels
De schadevergoeding wegens letsel of overlijden van de verzekerde die ten tijde van het verkeersongeval
- in strijd met de wettelijke verplichting - geen veiligheidsgordel droeg wordt met 25% verminderd, tenzij wordt aangetoond dat het niet-dragen van de gordel geen invloed heeft gehad op omvang van de schade.
4.3 Overschrijding verzekerd bedrag
Indien meer personen aan deze verzekering rechten kunnen ontlenen en hun schade in totaal het verzekerde bedrag overtreft, dan zal dit naar evenredigheid van hun schade worden verdeeld. Bestaat de vergoeding van de schade in periodieke uitkeringen en is de waarde daarvan met inachtneming van andere uitkeringen, hoger dan het verzekerde bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van de uitkering naar evenredigheid verminderd.
4.4 Andere verzekeringen/ voorzieningen
Indien de verzekerde of diens nabestaanden geheel of gedeeltelijk recht heeft/hebben op schadevergoeding krachtens een andere verzekering of op uitkeringen of verstrekkingen uit andere hoofde, dan kan voor een deel geen beroep worden gedaan op deze verzekering. Deze beperking geldt niet voor vergoedingen krachtens een ongevalleninzittenden-verzekering.
4.5 Aansprakelijkheidsverzekering
Voorzover naar aanleiding van een verkeersongeval een beroep kan worden gedaan op de Rubriek 2 Wettelijke a aansprakelijkheid zal vergoeding krachtens de aansprakelijkheidsverzekering plaatsvinden.
Innameprotocol Private Lease
Waar kunt u uw private leaseauto inleveren?
Na afloop van het private leasecontract kunt u uw auto inleveren bij een vestiging van Schadenet. Daar vindt een zogenaamde innameschouwing plaats, waarbij u samen met een medewerker van Xxxxxxxxx in het innamerapport vastlegt in welke staat de auto verkeert. Om de innameschouwing mogelijk te maken is het van belang dat u de auto schoon aanbiedt. Als de auto niet schoon is, kan er geen bindend innamerapport worden opgesteld.
Wat neemt u mee bij inlevering van de auto?
Denkt u bij het inleveren van uw auto alstublieft aan de volgende zaken:
Kentekencard/ Kentekenbewijs
De groene kaart en het onderhoudsboekje Reservesleutels en eventueel de codekaart Alle meegeleaste accessoires
Eventueel de laadkabel
Afmelding
Stuur het innamerapport dat u bij Schadenet ontvangt, als afmelding van de auto naar xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxx.xx.
Schademeter
Bij WagenPlan in Almere wordt aan de hand van de schademeter beoordeeld of de in het innamerapport vermeldde schade valt onder normale gebruiksschade, of om schade waarop het eigen risico van toepassing is. De inname wordt uitgevoerd volgens het innameprotocol, zoals we bij het aangaan van de private leasecontract hebben opgenomen in de Aanvullende Voorwaarden.
1 2
De schademeter is een handig hulpmiddel om vast te stellen hoe groot de schade is en of deze onder gebruiksschade valt. Kleinere schades die onder gebruiksschade vallen, hoeft u niet te melden en neemt WagenPlan voor haar rekening. De schademeter maakt onderdeel uit van het welkomstpakket.
Acceptabele gebruikersbeschadigingen
Gebruikssporen zijn kleine beschadigingen die ontstaan bij normaal gebruik. Hieronder vallen beschadigingen aan carrosserie, bumpers, spiegels, flankbescherming en het interieur. Een beschadiging van het plaatwerk dat kleiner is dan 24 mm (één euro muntstuk) en oppervlakkige krassen kleiner dan 10 cm. Voor bovengenoemde schades geldt een maximum van twee beschadigingen per plaatdeel.
Krassen Bumpers
Krassen die gepolijst kunnen worden en kleiner zijn dan 10 cm.
Beschadigingen
Beschadigingen aan bumpers en flankbescherming kleiner dan het formaat van een creditcard (8,5 cm x 5,5 cm).
Spiegels
Beschadigingen die kleiner zijn dan 24mm en niet dieper dan 2mm.
Beschadigingen aan spiegels kleiner dan 24mm.
Onacceptabele gebruikersbeschadigingen
Beschadigingen aan de auto ten gevolge van bijvoorbeeld steenslag, aanrijding en (poging tot) inbraak waarbij de ontstane schade niet voldoet aan de criteria’s zoals deze zijn omschreven bij acceptabele gebruikersbeschadigingen vallen onder de term ‘niet acceptabele schade’. Om helderheid te verschaffen en achteraf onnodige discussies te voorkomen, geven wij u enkele voorbeelden van niet acceptabele schade. Op deze manier weet u hoe de beoordeling van uw lease-auto aan het einde van uw contract wordt gedaan.
Carrosserie en lak
Xxxxxxx die langer zijn dan 10cm en niet meer te polijsten zijn.
Schade die veroorzaakt is door eigen rijgedrag of een aanrijding.
Beschadigingen groter dan 24mm. (1 euro muntstuk)
Vervormingen of kapotte spiegels en beschadigingen van meer dan 50mm lang en die door de laklaag heendringen.
Aantasting van de lak door een van buiten komend onheil.
Beschadiging van binnenuit ontstaan door het onvoldoende vastzetten van een lading.
Deuken, butsen of krassen waarbij de laklaag zodanig is beschadigd dat er zichtbare roestplekken ontstaan.
Schade die ontstaan is als gevolg van inbraakschade.
Verlichting
Steenslag op de koplampen, mistlampen of richting- aanwijzers waarbij er sprake is van een breuk van het glas.
Wanneer er een duidelijk gat in de koplamp, mistlamp of richtingaanwijzer zit.
Wanneer het glas van een mistlamp gebroken is. Als de koplamphuis beschadigd is.
Velgen en banden
Zware beschadigingen (vervorming) aan de velgen of ontbrekende delen.
Wanneer er 1 of meerdere wieldeksels ontbreken.
Beschadiging aan de band zoals scheuren, barsten, gaten of banden met onvoldoende luchtdruk als gevolg van een lek.
Scheuren in wieldoppen of ontbrekende onderdelen van wieldoppen.
De bekleding vertoont materiaalscheuren of is bij de naden uitgescheurd.
Wanneer het oppervlakkige vuil niet door normale reiniging schoongemaakt kan worden.
De bekleding vertoont schroeiplekken of gaten.
Wanneer er duidelijke schroefgaten zichtbaar zijn in het bestuurdersof passagiersgedeelte.
Vlekken die niet d.m.v. een normale reiniging kunnen worden verwijderd.
Wanneer er gaten in de hoedenplank voor speakers zijn gemaakt.
Wanneer door vloeistoffen de laadruimte is aangetast. Wanneer er onderdelen vernield zijn.
Ruiten
Scheur(en) op ruiten die ontstaan zijn door steenslag.
Accessoires
Origineel gedemonteerde onderdelen, zoals bijv. radio’s of navigatiesystemen.
Originele onderdelen die beschadigd zijn.
Wanneer er een verkleuring van de lak zichtbaar is na het verwijderen van de reclame.
Wanneer door het verwijderen van reclame de lak is beschadigd. Of wanneer reclame niet verwijderd is!
Meer informatie
Wil je meer informatie over de mobiliteitsoplossingen van WagenPlan? Neem dan gerust contact op met een van onze mobiliteitsadviseurs.
(000) 000 00 00 xxxx@xxxxxxxxx.xx xxxxxxxxx.xx
74/74