In het algemeen Voorbeeldclausules

In het algemeen. In afwijking van het bepaalde in artikel 3 van de Algemene voorwaarden dient in geval van een ongeval de verzekerde en in de onder 4.1.1 en 4.1.3 genoemde gevallen ook de verzekeringnemer:
In het algemeen. De verzekering dekt de schade die de verzekeringnemer lijdt door beschadiging of verlies van het motorrijtuig in zijn standaarduitrusting, alsmede zijn niet tot de standaarduitrusting behorende, wettelijk toegestane accessoires, voor zover deze aan of in het motorrijtuig zijn gemonteerd, maar onverminderd het in artikel 4 onder 4.3.1 en 4.4 bepaalde. Onder de accessoires worden geacht te zijn mede begrepen een brandblusapparaat, gevarendriehoek, pechkoffer en pechlamp, sleepkabel en verbandtrommel. De hierna volgende zaken worden niet als accessoire aangemerkt en zijn als zodanig niet meeverzekerd: - zend- en ontvangstapparatuur zoals een (mobiele) autotelefoon, mobilofoon, 27-mc installatie of semafoon; - draagbare geluids- en beeldweergaveapparatuur zoals dvd- of televisieapparatuur, die ook buiten het voertuig gebruikt kan worden; - draagbare navigatieapparatuur, die ook buiten het voertuig gebruikt kan worden; - zaken, die onderdelen van het motorrijtuig in zijn standaarduitrusting vervangen of wijzigen, alsmede een LPG- installatie, tenzij hiermee bij het bepalen van het verzekerde bedrag rekening is gehouden. De verzekering biedt dekking tegen de hierna vermelde schade oorzaken, voor zover dit uit het polisblad blijkt. Brand, blikseminslag, kortsluiting en ontploffing. Diefstal van of braak aan het motorrijtuig of poging daartoe, oplichting, verduistering door anderen dan de verzekeringnemer en joyriding.
In het algemeen. Per gebeurtenis blijft een bedrag gelijk aan het op het polisblad vermelde eigen risico voor rekening van de verzekeringnemer. Een eigen risico wordt niet toegepast, indien - de schade het gevolg is van verontreiniging van de bekleding van het motorrijtuig ten gevolge van kosteloos vervoer van gewonden, of - een schade aan de voorruit van het motorrijtuig wordt gerepareerd d.m.v. een harsinjectie.
In het algemeen. Deze dekking geldt per gebeurtenis met een maximum verzekerd bedrag van € 2.500.000,- voor materiële schade en € 7.500.000,- voor letselschade. De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de navolgende verzekerden:
In het algemeen. Per gebeurtenis blijft een bedrag gelijk aan het op het polisblad vermelde eigen risico voor rekening van de verzekeringnemer. Het eigen risico wordt niet toegepast indien: - uitsluitend sprake is van verontreiniging van de bekleding van het motorrijtuig, ontstaan bij het kosteloos vervoeren van gewonden; - uitsluitend hulp is verleend overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Dekking Hulpverlening; - een schade aan de voorruit van het motorrijtuig wordt gerepareerd d.m.v. een harsinjectie. - de schade wordt gerepareerd door een Volkswagen Bedrijfswagendealer. - de ruit wordt gerepareerd door de Volkswagen Ruitenservice of een door ons aangewezen glashersteller. Indien de verzekeringnemer voor het herstel van een cascoschade geen gebruik maakt van een Volkswagen Bedrijfswagendealer is een eigen risico van toepassing van € 500,-. Verzekeringnemer zal dit bedrag aan de hersteller moeten betalen. Indien de verzekeringnemer voor het herstel van een ruitschade geen gebruik maakt van de Volkswagen Ruitenservice of een door ons aangewezen glashersteller is een eigen risico van toepassing van € 500,-. Verzekeringnemer zal dit bedrag aan de hersteller moeten betalen. Indien verzekeringnemer ervoor kiest de schade niet te laten repareren is er tevens een eigen risico casco van toepassing van € 500,-.
In het algemeen a) In geen geval geven gewaarborgde hulpverleningen, die niet tijdens de reis bij Ethias Assistance werden aangevraagd of niet door haar of met haar toestemming werden georganiseerd, achteraf aanleiding tot terugbetaling of vergoeding.
In het algemeen. Indien een verzekerde een verkeersongeval overkomt, waaruit een medisch vast te stellen letsel, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, is ontstaan, vergoedt de maatschappij de door dit ongeval ontstane schade en wel voor alle verzekerden tezamen tot ten hoogste het daarvoor op het polisblad vermelde bedrag.
In het algemeen. De verzekering dekt de schade wegens beschadiging of verlies van het motorrijtuig en zijn standaarduitrusting waaronder alle extra voorzieningen, alsmede zijn niet tot de standaarduitrusting behorende accessoires, voor zover deze aan of in het motorrijtuig zijn bevestigd maar onverminderd het in artikel 4.3 bepaalde. Niet verzekerd zijn zaken, die onderdelen van het motorrijtuig en zijn standaarduitrusting vervangen of wijzigen, tenzij hiermee bij het bepalen van het verzekerde bedrag rekening is gehouden. De verzekering biedt dekking tegen de hierna vermelde schade oorzaken, voor zover dit uit het polisblad blijkt. Brand, blikseminslag, kortsluiting en ontploffing. Diefstal van of braak aan het motorrijtuig of poging daartoe, oplichting, verduistering door anderen dan de verzekeringnemer en joyriding.
In het algemeen. In afwijking van het bepaalde in artikel 4 van de Algemene voor- waarden dient in geval van een ongeval de verzekerde en in de onder 4.1.1 en 4.1.2 genoemde gevallen ook de verzekeringnemer: alle van belang zijnde feiten ten spoedigste schriftelijk aan de verzekeraar mee te delen. Indien het ongeval tot blijvende invaliditeit kan leiden, wordt de aanmeldings- termijn gesteld op maximaal drie maanden, met dien verstande dat na het verstrijken van deze termijn de verzekerde zijn recht op uitkering behoudt als ten genoegen van de verzekeraar wordt aangetoond dat de invaliditeit uitsluitend het gevolg is van het ongeval. Elk recht op een uitkering wegens blijvende invaliditeit vervalt evenwel, indien de aanmelding later dan vijf jaren na het ongeval plaatsvindt. zijn volle medewerking aan de verzekeraar te verlenen en alles na te laten, wat de belangen van de verzekeraar kan schaden. Bij overlijden van de verzekerde dienen zij die aanspraak op uitkering maken daarvan minstens 48 uur voor de begrafenis of de crematie aan de verzekeraar kennis te geven. Bij overschrijding van deze termijn vervalt elk recht op uitkering. Zij die aanspraak op uitkering maken dienen tevens hun toestemming en medewerking te verlenen aan alle maatregelen, die de verzekeraar nodig acht tot vaststelling van de doodsoorzaak.