Vaststelling van de kosten Voorbeeld Klousules

Vaststelling van de kosten. (art. 17 van Gedelegeerde Verordening nr. 480/2014) Voor de berekening van de verdisconteerde netto-inkomsten moeten de volgende kosten tijdens de referentieperiode in aanmerking worden genomen:  vervangingskosten van apparatuur met een korte levensduur, die zorgt voor de technische werking van de projectrealisatie;  vaste exploitatiekosten voor zover gelinkt aan het project, met inbegrip van onderhoudskosten zoals personeel, onderhoud en reparatie, algemeen beheer en administratie, verzekering;  variabele bedrijfskosten, met inbegrip van onderhoudskosten, zoals het verbruik van grondstoffen, energie, andere procesverbruiksgoederen, en alle onderhoud en reparatie die nodig zijn om de levensduur van de projectrealisatie te verlengen.
Vaststelling van de kosten. (art. 17 van Gedelegeerde Verordening nr. 480/2014) Voor de berekening van de verdisconteerde netto-inkomsten moeten de volgende kosten tijdens de referentieperiode in aanmerking worden genomen:  vervangingskosten van apparatuur met een korte levensduur, die zorgt voor de technische werking van de projectrealisatie;  vaste exploitatiekosten voor zover gelinkt aan het project, met inbegrip van onderhoudskosten zoals personeel, onderhoud en reparatie, algemeen beheer en administratie, verzekering;  variabele bedrijfskosten, met inbegrip van onderhoudskosten, zoals het verbruik van grondstoffen, energie, andere procesverbruiksgoederen, en alle onderhoud en reparatie die nodig zijn om de levensduur van de projectrealisatie te verlengen. Restwaarde van de investering (cfr. art. 18 van Gedelegeerde Verordening nr. 480/2014) Wanneer de activa van het project zijn ontworpen voor een langere levensduur dan de referentieperiode, wordt de restwaarde bepaald door te berekenen hoeveel de netto contante waarde van de kasstromen in de resterende levensjaren van de projectrealisatie bedraagt. Andere methoden om de restwaarde te berekenen mogen in naar behoren gemotiveerde omstandigheden worden toegepast. De restwaarde van de investering wordt alleen in de berekening van de verdisconteerde netto- inkomsten opgenomen als de inkomsten hoger zijn dan de hierboven beschreven kosten. Disconto van kasstromen (cfr. art. 19 van Gedelegeerde Verordening nr. 480/2014) Alleen door de projectpartner uit te betalen of ontvangen kasstromen worden in aanmerking genomen bij de berekening van kosten en inkomsten. Kasstromen moeten worden vastgesteld voor elk jaar van de referentieperiode waarin zij door de projectpartner worden uitbetaald of ontvangen. Niet-kasposten zoals afschrijvingen, eventuele reserves voor toekomstige vervangingskosten en reserves voor onvoorziene uitgaven worden bij de berekening buiten beschouwing gelaten. Kasstromen worden naar het heden teruggerekend aan de hand van een financiële discontovoet van 4% in reële termen. Berekeningsmethode: a) bepaal de referentieperiode b) verdisconteer de tijdens de referentieperiode verwachte inkomsten en kosten aan de reële discontovoet per jaar c) bepaal de restwaarde van de investering d) bereken verdisconteerde netto-inkomsten => verdisconteerde inkomsten – verdisconteerde kosten + restwaarde 3.4. Uitkomst van het stroomschema = netto-inkomsten worden verrekend via ex-post monitoring Wanneer in uitzonderlijke gevallen de in...