Woning definitie

Woning een tot bewoning bestemde onroerende zaak.
Woning. 1. een in Nederland gelegen voor permanente bewoning bestemd en geschikt of geschikt te maken en als hoofdverblijf dienend gebouw of een gedeelte daarvan, vrij van huur(koop) en/of (vrucht)gebruik van de woning;
Woning. De op het polisblad vermelde woning, exclusief de bijgebouwen.

Examples of Woning in a sentence

  • Enkel de Gebouwen die bestemd zijn als Woning en in België gelegen zijn, vallen onder deze dekking.

  • De Begunstigde zal de afgevaardigden van de Verzekeraar te allen tijde toegang verlenen tot de Woning.


More Definitions of Woning

Woning. Het gebouw waarin het Systeem is geïnstalleerd
Woning. Het adres van de werknemer volgens het bevolkingsregister.
Woning. Het domicilie, dat zich in een lidstaat van de Europese Unie of in Zwitserland dient te bevinden, met uitsluiting van de gebieden die geen deel uitmaken van geografisch Europa.
Woning. Een registergoed dat ingeschreven staat in het Kadaster. U hebt ons recht van hypotheek gegeven op uw woning. Navigatie Uitleg van belangrijke woorden
Woning. De woning of op hetzelfde perceel gelegen bijgebouwen of open veld, in eigendom van de Consument, waar(op) het Zonnestroomsysteem gemonteerd is/wordt.
Woning. Een appartementsrecht in het gebouw waarin het Systeem is geïnstalleerd
Woning. Het in eigendom van Xxxxxxx zijnde onroerende goed en/of perceel grond, waarop het Zonnestroomsysteem wordt gemonteerd. Ter voorkoming van twijfel: roerende zaken, (woon)boten en (sta)caravans zijn hiervan uitgesloten.