Ziekenhuis definitie

Ziekenhuis. Een instelling voor medisch-specialistische zorg (IMSZ) voor verpleging, onderzoek en behandeling van zieken, die als zodanig conform de bij of door wet gestelde regels is toegelaten.
Ziekenhuis een instelling voor medisch specialistische zorg, die is toegelaten volgens de Wet toelating zorginstellingen (WTZi). Hierin is verblijf van 24 uur of langer toegestaan.
Ziekenhuis een instelling voor medisch specialistische zorg. Hierin is verblijf van 24 uur of langer toegestaan.

Examples of Ziekenhuis in a sentence

  • De Leverancier stelt het Ziekenhuis alle informatie ter beschikking die nodig is om de nakoming van de verplichtingen in het kader van de Wetgeving Gegevensbescherming aan te tonen.

  • De Leverancier maakt audits, waaronder inspecties, door het Ziekenhuis of een door het Ziekenhuis gemachtigde controleur, mogelijk en draagt er aan bij.

  • De Leverancier verleent volledige medewerking met betrekking tot een dergelijke audit en levert, op vraag van het Ziekenhuis, het bewijs van de naleving van zijn verplichtingen onder dit Addendum.

  • Op uw polisblad kunt u zien of u een Ziekenhuis Ontzorgpakket heeft afgesloten.

  • Met het Ziekenhuis Ontzorgpakket heeft u bij ziekenhuisverblijf recht op vergoeding van de kosten van verblijf in een één- of tweepersoonskamer, terwijl dat medisch gezien niet noodzakelijk is.


More Definitions of Ziekenhuis

Ziekenhuis. Zie onder ‘instelling voor medisch-specialistische zorg’.
Ziekenhuis. Een instelling voor verpleging, onderzoek en behandeling van zieken, die als ziekenhuis conform de bij wet gestelde regels is toegelaten.
Ziekenhuis een openbare instelling of privé-instelling die wettelijk erkend is als ziekenhuis, met uitsluiting van gesloten psychiatrische inrichtingen, medisch-pedagogische diensten of inrichtingen, rusthuizen, geriatrische instellingen of diensten gebruikt voor het gewone verblijf van bejaarden, instellingen of diensten gebruikt voor het gewone verblijf van herstellenden of kinderen, alsmede deze die een bijzondere erkenning als rust- of verzorgingstehuis gekregen hebben.
Ziekenhuis. Een instelling voor medische behandeling van bedlegerige patiënten welke: ▪ diagnostische en heelkundige voorzieningen heeft; ▪ 24 uur per dag verpleegkundig personeel heeft; ▪ onder toezicht van artsen staat en ▪ geen rusthuis, bejaardenhuis of psychiatrische instelling (ook voor gedragsstoornissen), sanatorium of kliniek voor de behandeling van alcohol- of drugsverslaafden is; zelfs wanneer dit zich op dezelfde locatie bevindt.
Ziekenhuis. Een door het ministerie van Volksgezondheid van het land van de schade en/of behandeling erkende instelling die verantwoordelijk is voor de medische behandeling van patiënten en gewonden, met uitzondering van de volgende instellingen: preventiecentra, sanatoria, psychiatrische en revalidatie-instellingen, rusthuizen en andere soortgelijke instellingen.
Ziekenhuis. Een inrichting die de bevoegde overheidsinstantie heeft erkend als ziekenhuis of sanatorium. De instelling is bedoeld voor verpleging, onderzoek of behandeling van zieken.
Ziekenhuis. Een instelling voor medisch-specialistische zorg voor verpleging, onderzoek en behandeling, waarin verblijf van 24 uur of langer is toegestaan en die tevens acute zorg kan leveren, waaronder in ieder geval (maar niet beperkt tot) spoedeisende hulp, acute verloskunde en ambulancezorg. Daarnaast beschikt de instelling voor medisch specialistische zorg naast een spoedeisende hulp, ook over een intensive care afdeling; Een instelling voor medisch-specialistische zorg met een erkenning van het ministerie van VWS als ‘Expertisecentrum voor zeldzame aandoeningen’ (ECZA).