Situering Voorbeeldclausules

Situering. De Algemene Voorwaarden beschrijven de draagwijdte, de modaliteiten en de werkingsprincipes van de diverse types van levensverzekeringen en aanvullende dekkingen. • Punt 1 beschrijft de verzekeringstechnische werkingsprincipes, die eenvormig van toepassing zijn op alle types van verzekeringen. • Punt 2 beschrijft de verschillende risicodekkingen (dit punt is ook eenvormig van toepassing op alle types van verzekeringen). • Punt 3 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan de individuele pensioentoezegging. • Punt 4 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan de overgedragen en niet-overgedragen overeen- komsten. • Punt 5 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen. • Punt 6 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan de Riziv-overeenkomsten. • Punt 7 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan het aanvullend pensioen voor zelfstandigen als natuurlijke persoon. • Punt 8 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan het vrij aanvullend pensioen voor werknemers. • Punt 9 beschrijft de bepalingen die eigen zijn aan de individuele verzekering. • Punt 10 beschrijft een aantal gemeenschappelijke bepalingen die eenvormig van toepassing zijn op alle types van verzekeringen. Voor alle types van verzekeringen wordt een Persoonlijk Certificaat opgemaakt, hetzij afzonderlijk per verzekering, hetzij globaal voor verschillende verzekeringen (samenvoeging). Dit document geeft een overzicht van onder meer de aard en het niveau van de dekkingen, alsook van de toepasselijke beleg- gingsvormen. De verschillende dekkingen en beleggingsvormen en de bepalingen van de Algemene Voorwaarden hieromtrent gelden slechts indien uit het Persoonlijk Certificaat blijkt dat zij effectief wer- den onderschreven. Voor de individuele pensioentoezegging, het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen, de Riziv- overeenkomst, het aanvullend pensioen voor zelfstandigen als natuurlijke persoon en het vrij aanvullend pensioen voor loontrekkenden vormen de algemene voorwaarden en het Persoonlijk Certificaat de Pensioenovereenkomst. De Onderschrijvingsaanvraag, het Persoonlijk Certificaat en de eventuele andere documenten moeten samen gelezen worden en vormen één geheel. Hieronder wordt een algemeen overzicht gegeven van de toepasselijke documenten.
Situering. Punt 4 heeft betrekking op: • de overgedragen bedrijfsovereenkomst individuele pensioentoezegging; • de overgedragen persoonlijke overeenkomst individuele pensioentoezegging; • de niet-overgedragen bedrijfsovereenkomst individuele pensioentoezegging; • de niet-overgedragen persoonlijke overeenkomst individuele pensioentoezegging. De overgedragen overeenkomst(en) is (zijn) de overeenkomst(en) waarvan de reserves door de aangeslotene zijn verworven uit hoofde van een vorige tewerkstelling in een andere onderneming in het kader van een aldaar genoten voorzorgsregeling en die hij beslist heeft over te dragen naar de verzekeraar. Deze overeenkomsten worden opgesplitst in bedrijfsovereenkomst of persoonlijke overeenkomst naargelang de betreffende reserves werden gevormd door premies of bijdragen ten laste van de vroegere onderneming of ten laste van de aangeslotene zelf. De bepalingen inzake overgedragen overeenkomsten gelden in hoofde van aangeslotenen met werknemerstatuut als ‘onthaalstructuur’ in de zin van de sociale wetgeving betreffende de aanvullende pensioenen. De niet-overgedragen overeenkomst(en) is (zijn) de overeenkomst(en) van de bij de verzekeraar gesloten individuele pensioentoezegging waarvoor de premiebetaling werd stop gezet naar aanleiding van de uitdiensttreding van de aangeslotene bij de verzekeringnemer vóór de normaal voorziene einddatum en waarvan de reserves verworven zijn voor de aangeslotene. Ook deze overeenkomsten worden opgesplitst in bedrijfsovereenkomst of persoonlijke overeenkomst naargelang de betreffende reserves werden gevormd door premies ten laste van de verzekeringnemer of ten laste van de aangeslotene zelf. De bepalingen inzake niet-overgedragen overeenkomsten gelden in hoofde van aangeslotenen met werknemerstatuut als ‘onthaalstructuur’ in de zin van de sociale wetgeving betreffende de aanvullende pensioenen, vanaf de datum van ontvangst door de verzekeraar van een schriftelijk verzoek van de aangeslotene tot overheveling van de verworven reserves naar deze onthaalstructuur door de betrokken aangeslotene. De verzekerden van de dekkingen in het kader van de overgedragen en niet-overgedragen overeenkomsten zijn: • voor de dekking ‘kapitaal bij opeenvolgend overlijden’: de aangeslotene en de andere op het Persoonlijk Certificaat vermelde verzekerde; • voor de dekking ‘bijkomend overlijdenskapitaal’ (ook ‘partnerkapitaal’ genoemd): de op het Persoonlijk Certificaat vermelde partner van de aangeslotene; • voor alle andere dekk...
Situering. Punt 6 heeft betrekking op de Riziv-overeenkomsten, vooral overeenkomsten die beantwoorden aan de wettelijke voorwaarden betreffende sociale overeenkomsten ‘vrij aanvullend pensioen voor zelfstandi- gen’ (zie 5.9) en die uitsluitend gefinancierd worden door een tussenkomst van het Riziv voor sommige beoefenaars van ‘medische beroepen’ (heden zijn dit geneesheren, tandheelkundigen, apothekers, ki- nesitherapeuten, logopedisten en zelfstandige verpleegkundigen), en dit in toepassing van artikel 54 van de wet betreffende de verplichte verzekering geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. De Riziv-tussenkomst kan uitsluitend aangewend worden voor de dekkingen ‘overlijdenskapitaal’, ‘over- lijdenskapitaal bij ongeval’, arbeidsongeschiktheidsrente en ‘pensioenkapitaal’, alsook voor de solidari- teitsprestaties vervat in het Solidariteitsstelsel dat steeds aan de Riziv-overeenkomsten wordt verbon- den (zie 6.8). De verzekeringnemer en de verzekerde van alle dekkingen en solidariteitsprestaties is de aangeslotene.
Situering. Punt 5 heeft betrekking op de overeenkomstvrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen’ (ook ‘VAPZ- overeenkomst’ genoemd) in de zin van afdeling 4 van de Programmawet (I) van 24 december 2002 en de bijhorende uitvoeringsbesluiten. Dit contract kan worden onderschreven door een persoon met zelfstandig statuut. Deze persoon die ook de verzekeringnemer is wordt hierna "aangeslotene" genoemd. De verzekerde is de aangeslotene.
Situering. Punt 4 heeft betrekking op: • de overgedragen bedrijfsovereenkomst individuele pensioentoezegging; • de overgedragen persoonlijke overeenkomst individuele pensioentoezegging; • de niet-overgedragen bedrijfsovereenkomst individuele pensioentoezegging; De overgedragen overeenkomst(en) is (zijn) de overeenkomst(en) waarvan de reserves door de aange- slotene zijn verworven uit hoofde van een vorige tewerkstelling in een andere onderneming in het kader van een aldaar genoten voorzorgsregeling en die hij beslist heeft over te dragen naar de verzekeraar. Deze overeenkomsten worden verder opgesplitst naargelang hun oorsprong (individuele pensioentoe- zegging; bedrijfsovereenkomst naargelang de betreffende reserves werden gevormd door premies of bijdragen ten laste van de vroegere onderneming of ten laste van de aangeslotene zelf). De niet-overgedragen overeenkomst(en) is (zijn) de overeenkomst(en) van de bij de verzekeraar geslo- ten individuele pensioentoezegging waarvoor de premiebetaling werd stop gezet naar aanleiding van de uitdiensttreding van de aangeslotene bij de verzekeringnemer vóór de normaal voorziene einddatum en waarvan de reserves verworven zijn voor de aangeslotene. Ook deze overeenkomsten worden op- gesplitst naargelang hun oorsprong (groepsverzekering of individuele pensioentoezegging; bedrijfsover- eenkomst vermits de betreffende reserves werden gevormd door premies ten laste van de verzekering- nemer. De verzekerde is de aangeslotene.
Situering. Punt 3 is van toepassing op het contract 'individuele pensioentoezegging' (ook wel 'IPT' genoemd) in de zin van titel 4 van de wet van 15 mei 2014 houdende diverse bepalingen. Dit contract kan worden onderschreven voor een zelfstandige bedrijfsleider. Deze persoon wordt hierna "aangeslotene" genoemd.
Situering. Beide percelen zijn gelegen in de Pontstraat te Heestert en grenzen aan de weg; • De oppervlakte opgegeven in het kadaster is 3.266 m² voor perceel B.21/02a en 997 m² voor perceel B.21/02b; • Beide percelen worden verpacht. De pachter is Xxx Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxxxxxxx 0, 0000 Xxxxxxxx. De aanvangsdatum van de pachtovereenkomst is niet bekend. In de OCMW-raadszitting van 11.02.2014 besliste de OCMW-raad alle OCMW-percelen af te stoten, en dit volgens oppervlakte, van klein naar groot. In de OCMW-raadszitting keurde de OCMW-raad de lijst met voorgestelde volgorde goed, waarbij tekoopstelling van dit perceel werd voorzien in 2016. Beide percelen zijn ingekleurd als agrarisch gebied. Navraag bij de dienst woon- en leefomgeving leert ons dat deze inkleuring niet kan wijzigen naar bouwgrond. De raad beslist in mondelinge stemming met eenparigheid van stemmen (10): - De percelen te koop te stellen; • De opmeting en schatting te laten verrichten door GEOxyz, Xxxxxxxxxxxxxxx 000 X, 0000 Xxxxxxxx; • De dossierbehandeling toe te kennen aan notarissenassocatie Devos, Turpyn, Mullie en Voet, Xxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxx-Xxxxxx; • De nodige publiciteit en openbaarheid te verlenen aan de verkoop, zoals gebruikelijk bij verkoop van patrimonium.
Situering. Punt 8 heeft betrekking op de overeenkomst ‘vrij aanvullend pensioen voor werknemers’ (ook ‘VAPW- overeenkomst’ genoemd) in de zin van de wet van 6 december 2018 tot instelling van een vrij aanvul- lend pensioen voor de werknemers en houdende diverse bepalingen inzake aanvullende pensioenen. Op dit contract kan worden ingeschreven door een werknemer in de zin van de bovengenoemde wetge- ving. Deze personen worden hierna "de aangeslotene" genoemd. De verzekerde van de dekkingen is de aangeslotene. De bovengenoemde wetgeving staat niet toe dat de aangeslotene een dekking bij arbeidsongeschikt- heid (zie 2.2.) onderschrijft.
Situering. Punt 7 heeft betrekking op de overeenkomstaanvullend pensioen voor zelfstandigen als natuurlijke persoon’ (ook ‘POZ-overeenkomst’ genoemd) in de zin van de wet van 18 februari 2018 houdende di- verse bepalingen betreffende aanvullende pensioenen en tot instelling van een aanvullend pensioen voor de zelfstandigen actief als natuurlijke persoon, voor de meewerkende echtgenoten en voor de zelf- standige helpers. Op dit contract kan worden ingeschreven door een zelfstandige, een meewerkende echtgenoot of een helper in de zin van de bovengenoemde wetgeving. Deze personen worden hierna "de aangeslotene" genoemd. De verzekerde van de dekkingen is de aangeslotene.
Situering. Punt 9 heeft betrekking op: • de overeenkomst individuele verzekering met fiscaal regime ‘langetermijnsparen’(art. 1451, 2°WIB 92); • de overeenkomst individuele verzekering met fiscaal regime ‘pensioensparen’ (art. 1451, 5°WIB 92); • de overeenkomst individuele verzekering zonder belastingvermindering. Een overeenkomst zonder belastingvermindering waarin een beleggingsvorm van tak 21 voorkomt kan enkel onderschreven worden in samenvoeging met een fiscale overeenkomst. De verzekerden van de dekkingen zijn: • voor de dekking ‘kapitaal bij opeenvolgend overlijden’: de verzekeringnemer en de andere op het Persoonlijk Certificaat vermelde verzekerde; • voor de dekking ‘bijkomend overlijdenskapitaal’: de op het Persoonlijk Certificaat vermelde verze- kerde, andere dan de verzekeringnemer; • voor alle andere dekkingen: de verzekeringnemer.