Common use of Scholing Clause in Contracts

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskosten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFT. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 3 contracts

Samples: www.sfmobiliteit.nl, www.sfmobiliteit.nl, www.sfmobiliteit.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskosten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT SFM zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFTSFM. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 3 contracts

Samples: www.sfmobiliteit.nl, www.knv.nl, www.fnv.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskosten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. Als werkgever op grond van toepasselijk Unierecht, toepasselijk nationaal recht of op grond van deze cao, verplicht is zijn werknemer scholing te verstrekken, dan geldt het voorgaande niet en is de desbetreffende reistijd wel voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT SFM zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFTSFM. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 3 contracts

Samples: www.fnv.nl, www.sfmobiliteit.nl, www.werkenvakmanschap.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichtingverplich- ting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskostencursuskos- ten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever opdrachtge- ver verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht M.U.P.-kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT SFM zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFTSFM. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- TX-keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 2 contracts

Samples: www.fnv.nl, zoek.officielebekendmakingen.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een e n aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskosten; de kosten voor het organiseren organis ren van een interne en / en/of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in i opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende v lgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFT. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 1 contract

Samples: www.flexnieuws.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichtingverplich- ting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskostencursuskos- ten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever opdrachtge- ver verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht M.U.P.-kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFT. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- TX-keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 1 contract

Samples: www.flexnieuws.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskosten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 7 van deze CAOcao) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden3.6. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten MUP krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij ; onder referteperiode wordt verstaan: de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald 3 aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaaldopleidingsdag voorafgaande betalingsperiodes ). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer werknem er bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO Cao partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFT. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-TX keur moet met de opleidingseisen van TX- TX keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-TX keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-TX keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 1 contract

Samples: cdn.salaris-informatie.nl

Scholing. Onder scholing wordt verstaan: elke vorm van een gestructureerde activiteit die, ongeacht of de scholing wordt aangemerkt als een aan de functie van de werknemer verbonden wettelijke verplichtingverplich- ting, gericht is op het door de werknemer verkrijgen van kennis en/of vaardigheden. Onder scholingskosten wordt, in de ruimste zin van het woord, onder andere verstaan: de cursuskostencursuskos- ten; de kosten voor het organiseren van een interne en / of externe scholing; de vergoedingen van reis- en verblijfskosten en de ontwikkelingskosten. Opleidingstijd voor het in opdracht van de werkgever volgen van een, voor de functie vereiste, opleiding is voor rekening van de werkgever. Reistijd nodig om van en naar een cursus of opleiding toe te gaan is niet voor rekening van werkgever. Als werkgever op grond van toepasselijk Unierecht, toepasselijk nationaal recht of op grond van deze cao, verplicht is zijn werknemer scholing te verstrekken, dan geldt het voorgaande niet en is de desbetreffende reistijd wel voor rekening van werkgever. De opleidingstijd van een werknemer die ook OV werk doet (conform hoofdstuk 6 van deze CAO) wordt uitbetaald tegen het van toepassing zijnde uurloon rijdend personeel dat is opgenomen in artikel 3.5. Werkgevers kunnen in geval van opleidingen die middels e-learning worden verzorgd, voor het berekenen van de te vergoeden opleidingstijd uitgaan van hetgeen de e-learning instituten aangeven als benodigde opleidingstijd of, indien er geen opleidingstijd bekend is, zelf de gemiddelde benodigde opleidingstijd vaststellen gebaseerd op de tijd die een aantal personen die de e-learning hebben uitgeprobeerd, nodig hadden. De kosten gemoeid met het behalen van het rijbewijs, de wettelijke verplichte chauffeursexamens en eventuele andere voor de functie wettelijk vereiste scholing (niet zijnde scholing die een opdrachtgever verlangt) zijn voor rekening van werknemer. De kosten van overige examens incl. de kosten van minimaal één herexamen zijn voor rekening van werkgever. Kosten van meer herexamens hoeft werkgever niet voor zijn rekening te nemen. Onder een gestructureerde activiteit wordt verstaan een activiteit die aan de volgende voorwaarden voldoet: bij de scholing is begeleiding vereist; daar waar scholing mogelijk is door middel van een interactief systeem, dient begeleiding beschikbaar te zijn en na afloop wordt door of namens de werkgever de scholing met de werknemer geëvalueerd. Ieder jaar, of zoveel eerder als wenselijk, dient de werkgever met de werknemer een gesprek te voeren over zijn behoefte aan scholing. Daarbij wordt tevens aan de orde gesteld in hoeverre de individuele scholingsbehoefte van de werknemer aansluit bij het opleidingsaanbod van de werkgever. Wanneer aan de werknemer scholing wordt aangeboden, komen de werkgever en de werknemer dit schriftelijk overeen. Elke fulltime werknemer krijgt in een tijdsbestek van 5 dienstjaren 5 opleidingsdagen, te rekenen vanaf 1 januari 2014 (voor M.U.P.-krachten en parttime krachten mag het aantal opleidingsdagen naar rato van het aantal verloonde uren bepaald worden, waarbij de volgende berekeningsmethode dient te worden gehanteerd door werkgever: per 1 januari van ieder kalenderjaar wordt de omvang van het dienstverband bepaald aan de hand van het gemiddelde van het aantal gewerkte uren in voorafgaand kalenderjaar; indien de M.U.P.- kracht M.U.P.-kracht en parttime klacht in voorgaand kalenderjaar niet volledig heeft gewerkt, wordt de omvang van het dienstverband naar rato van de duur van het dienstverband bepaald). Deze opleidingsdagen mogen direct in het eerste kalenderjaar al gegeven worden, of anders minimaal 1 opleidingsdag per kalenderjaar. Het is niet toegestaan de opleidingsdagen op te sparen en pas in een later stadium ineens te besteden. Werkgever en werknemer bepalen onderling wanneer deze opleidingsdagen genoten worden en waaraan deze worden besteed. SFT SFM zal een lijst opstellen van activiteiten waaraan deze opleidingsdagen besteed kunnen worden, welke na goedkeuring van CAO partijen onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. Werkgevers en werknemers kunnen hiervoor suggesties aanleveren bij het SFTSFM. Voor taxibedrijven die beschikken over TX-keur moet met de opleidingseisen van TX- TX-keur rekening gehouden worden. Taxibedrijven die beschikken over TX-keur voldoen al aan deze bepaling. Zij hoeven dus buiten de vereisten van TX-keur om niet nog eens 5 opleidingsdagen aan te bieden. Daarbij wordt er van uitgegaan dat het hier om volledige opleidingsdagen gaat. Indien de werkgever scholing noodzakelijk acht vanwege opleidingsvereisten van opdrachtgevers of vanwege de uitoefening van de functie door de werknemer, dan is de werknemer verplicht aan deze scholing mee te werken c.q. deel te nemen. De scholingskosten, zoals eerder genoemd, komen volledig voor rekening van de werkgever. In afwijking hiervan komen de scholingskosten (met uitzondering van de opleidingstijd) gedeeltelijk voor rekening van de werknemer wanneer de werknemer ontslag neemt resp. wordt ontslagen, waarbij dit ontslag de werknemer te verwijten is:

Appears in 1 contract

Samples: zoek.officielebekendmakingen.nl